Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.[A] ,
[B] ,
[C] ,
[D] ,
[E] ,
[F] ,
1.de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheidDE RAAD BOUWONTWIKKELING B.V.,
1.De procedure
2.De nadere beoordeling
Overneming van het tussenvonnis
elkemotivering – of elke toelichting die in redelijkheid als motivering kan gelden – ontbreekt. De rechtbank zal deze posten niettemin in het aan de bindend adviseur voor te leggen verzoek opnemen en laat in deze fase aan hem over of hij, in het licht van de bezwaren van [A] c.s. tegen de hier in aftrek gebrachte bedragen, reden ziet om zijn bindend advies nader te motiveren.
op de begane grond. Volgens [A] c.s. blijkt niet dat de bindend adviseur de beganegrondvloeren heeft ingemeten. In dit verband verwijst [A] c.s. naar de norm NEN 2747:2001. De rechtbank zal de bindend adviseur verzoeken ook hierop te reageren door een nadere motivering van zijn bindend advies. Ook hiervoor geldt hetgeen in 2.11 is vermeld.
;
nakennisneming van de nadere rapportage van de bindend adviseur. De rechtbank volgt partijen in deze eensluidende wens en zal zich in dit stadium onthouden van een eigen oordeel over deze geschilpunten.
3.De beoordeling in de incidenten
4.De beslissing
uiterlijk zes weken na de ontvangst van de in 4.2 bedoelde stukkenaan de civiele griffie van de rechtbank (met vermelding van het zaak- en rolnummer van deze zaak) een
conceptrapportin te zenden met een (nadere) motivering van
ade aftrek die hij, in vergelijking met de begrotingen van [X] , heeft toegepast in zijn bindend advies van 18 juli 2013 ten aanzien van de in 2.10 opgesomde posten 2-6, 8, 14, 15, 17, 21 en 23, zoals bedoeld in de akte van 28 januari 2015 van [A] c.s.;