In deze zaak, die voor de Rechtbank Den Haag is behandeld, vorderde Kwantum Nederland B.V. een verklaring voor recht dat zij geen inbreuk heeft gemaakt op de auteursrechten van Vitra Collections AG. Kwantum stelde dat de door haar verhandelde Paris stoel geen slaafse nabootsing is van de Eames DSW stoel en dat zij niet gehouden is tot het betalen van schadevergoeding. Vitra had eerder conservatoire beslagen gelegd, wat Kwantum als onrechtmatig betitelde. De rechtbank heeft de procedure in het incident behandeld en de vordering van Vitra tot voeging van twee aanhangige bodemprocedures toegewezen. De rechtbank oordeelde dat de voorwaarden voor voeging, zoals gesteld in artikel 222 Rv, zijn vervuld. De beslissing over de proceskosten in het incident werd aangehouden tot de beslissing in de hoofdzaak. De gevoegde zaken zijn vervolgens op de rol geplaatst voor beraad comparitie op 5 augustus 2015. De uitspraak in deze zaak vond plaats op 22 juli 2015.