ECLI:NL:RBDHA:2016:12059
Rechtbank Den Haag
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Vordering tot voorschot schadevergoeding na neersteken taxichauffeur afgewezen wegens onvoldoende spoedeisend belang en restitutierisico
In deze zaak vorderde eiser, een taxichauffeur, een voorschot op schadevergoeding van € 25.000,-- van de Nationale Politie en Parnassia B.V. na een incident waarbij hij door een verdachte, die eerder door de politie in vrijheid was gesteld, met een mes werd neergestoken. Eiser stelde dat de politie en Parnassia aansprakelijk waren voor de schade die hij had geleden, omdat de verdachte niet in bewaring was gesteld ondanks zijn gevaarlijke toestand. De rechtbank oordeelde dat het spoedeisend belang van eiser onvoldoende aannemelijk was, omdat hij geen medische of financiële gegevens had overgelegd ter onderbouwing van zijn arbeidsongeschiktheid. Daarnaast werd er een aanzienlijk restitutierisico vastgesteld, wat ook een reden was om de vordering af te wijzen. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende bewijs was dat de Nationale Politie of Parnassia enige aansprakelijkheid droegen voor de schade van eiser. De vordering werd afgewezen en iedere partij werd veroordeeld in de eigen proceskosten.