ECLI:NL:RBDHA:2016:14328
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot faillietverklaring van THE FISH CLUB KIJKDUIN B.V. wegens onvoldoende onderbouwing van vorderingen
Op 2 november 2016 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een faillissementszaak waarbij de besloten vennootschap THE FISH CLUB KIJKDUIN B.V. door verzoeksters, waaronder HARBOUR GROUP EUROPE B.V., in faillissement werd gevraagd. Verzoeksters stelden dat verweerster, THE FISH CLUB KIJKDUIN B.V., in een toestand verkeerde van niet kunnen betalen, omdat zij zowel de vordering van verzoeksters als andere vorderingen onbetaald liet. Tijdens de behandeling in raadkamer op 1 november 2016 zijn zowel verzoeksters als verweerster gehoord. Verweerster heeft de vordering van verzoeksters gemotiveerd betwist en aangegeven dat er geen sprake was van onbetwiste vorderingen, aangezien zij recent alle onbetwiste vorderingen had voldaan. De onbetaalde vorderingen, die betrekking hadden op overheadkosten, werden door verweerster betwist, omdat niet duidelijk was op basis waarvan deze kosten verschuldigd zouden zijn. Daarnaast werd een bedrag van € 400,- door HARBOUR AMSTERDAM B.V. gevorderd, maar ook dit bedrag werd door verweerster betwist wegens gebrek aan onderbouwing.
De rechtbank oordeelde dat verzoeksters er niet in geslaagd waren om aan te tonen dat de betwisting van de verschuldigdheid van de overheadkosten onmiddellijk verworpen diende te worden. Er was geen overeenkomst overgelegd die de vorderingen onderbouwde, en de overgelegde recepten konden niet als bewijs dienen voor de rechtsverhouding of de verschuldigdheid. Het vorderingsrecht van verzoeksters was derhalve niet summierlijk komen vast te staan, wat leidde tot de afwijzing van het faillissementsverzoek. De rechtbank heeft het verzoek tot faillietverklaring van THE FISH CLUB KIJKDUIN B.V. afgewezen.