Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
Vonnis van 6 januari 2016
de besloten vennootschap TDSL NEDERLAND B.V.,
[A],
GMW ADVOCATEN B.V.,
De procedure
- de dagvaarding van 20 oktober 2014 tegen de eerste rolzitting van 10 december 2014, met de producties E1 t/m E26;
- de conclusie van antwoord van 18 maart 2015, met de producties G1 t/m G14;
- het comparitievonnis van 1 april 2015 en de beschikking datumbepaling van 29 juni 2015 van de rechtbank;
- de op 8 september 2015 ter griffie ontvangen akte met de producties E27 t/m E35;
- het door de rechtbank achteraf opgemaakte en op 23 september 2015 verzonden proces-verbaal van de comparitie van partijen van 22 september 2015.
- de brief van mr. Riazy van 29 september 2015;
- de faxbrief van mr. Obbeek van 6 oktober 2015;
- de faxbrief van mr. Riazy van 9 oktober 2015;
- de faxbrief van mr. Obbeek van 14 oktober 2015.
De feiten
embedded firmware,over welke STEPP II kastjes diverse problemen tussen Texim en TDSL waren ontstaan. Texim vorderde in conventie verkort weergegeven betaling van openstaande facturen voor 100 van de nog niet betaalde maar al wel geleverde 525 STEPP II kastjes met contractuele rente, partiële ontbinding van de overeenkomst voor de nog te leveren resterende 475 STEPP II kastjes en een schadevergoeding wegens winstderving voor die 475 kastjes. In reconventie vorderde mr. [A] namens TDSL samengevat vernietiging van een voor TDSL ongunstige specifieke garantiebepaling (artikel 33) uit de algemene voorwaarden van Texim, een verklaring voor recht dat Texim wanprestatie had gepleegd en een schadevergoeding, nader op te maken bij staat en met een voorschot van € 100.000,-.
dat haar door Texim STEPP’s zijn verkocht die het in zich (kunnen) hebben dat zij niet adequaat functioneren door datumfouten en/of door fouten in het (werk)geheugen en/of in de updates van de software en/of door “te blijven hangen”, en wel in die ernstige mate dat deze STEPP II’s niet kunnen worden gebruikt voor het doel waarvoor zij bestemd zijn, te weten het onder meer het produceren van correcte dag- en rittenstaten en voor het functionerend houden van het zogenaamde trackingsysteem,aldus de bewijsopdracht aan TDSL van de rechtbank Almelo in haar tussenvonnis van 13 juni 2012
.
€ 16.071,88. In reconventie heeft die rechtbank verklaard voor recht dat Texim (toerekenbaar) is tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst van partijen tot levering van (functionerende) STEPP II apparaten, maar de vorderingen van TDSL voor het overige afgewezen, met kostenveroordeling in reconventie van TDSL van € 15.361,88.
neerkomt dat behoudens voor opzet of grove schuld aan de zijde van Texim elke schadevergoeding is uitgesloten. Door Texim is gemotiveerd bestreden dat hier sprake is geweest van opzet / grove schuld aan haar zijde. TDSL heeft naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende onderbouwd gesteld dat bij Texim wel sprake moet zijn geweest van opzet / grove schuld. Dit beroep brengt mee dat Texim onverkort beroep toekomt op de door haar bedongen exoneratie, welke exoneratie met name ook vanwege de door haar te lopen risico’s bij apparatuur als hier aan de orde is, de rechtbank niet ongegrond voorkomt. De redelijkheid en de billijkheid kunnen in casu dus niet aan dat bij wijze van verweer gedane beroep in de weg staan,aldus de rechtbank te Almelo in haar eindvonnis van 10 juli 2013, dat kracht van gewijsde heeft gekregen
.
embedded firmwarevolgens het gerechtshof wel voldeden aan de daaraan te stellen technische gebruikerseisen. Dat advies van 6 september 2013 van mr. [A] aan TDSL houdt onder meer het volgende in.
eind 2013 of begin 2014of
in mei 2014TDSL gedagvaard voor de kantonrechter te Den Haag tot betaling van haar openstaande declaraties van
ongeveer € 20.000 in hoofdsom; de exacte datum en het exacte bedrag zijn niet gesteld in of gebleken uit de processtukken met producties in deze procedure. De procedure bij de kantonrechter staat op de parkeerrol voor antwoord, in afwachting van de uitkomst van deze civiele bodemprocedure bij de rechtbank Den Haag.
De vorderingen
De beoordeling
Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing op elke overeenkomst of andere rechtsbetrekking tussen GMW Advocaten en een opdrachtgever waarbij GMW Advocaten werkzaamheden verricht of zal verrichten.
De toepasselijkheid van de artikelen 7:404 en 7:407 lid 2 BW wordt uitdrukkelijk uitgesloten.
Alle overeenkomsten van opdracht worden uitsluitend aangegaan met en uitgevoerd door GMW Advocaten.
Indien zich bij de uitvoering van een opdracht als gevolg van een doen of nalaten onverhoopt een gebeurtenis voordoet die tot aansprakelijkheid jegens opdrachtgevers en derden leidt, zal die aansprakelijkheid steeds beperkt zijn tot het bedrag waarop de door GMW Advocaten gesloten beroepsaansprakelijkheidsverzekering in het betreffende geval aanspraak geeft, met inbegrip van het eigen risico dat GMW Advocaten in verband met die verzekering draagt.
De opdrachtgever is uitsluitend gerechtigd GMW Advocaten aan te spreken tot dit beperkte bedrag. Elke vordering tot schadevergoeding jegens werknemers, advocaten of bestuurders van de praktijkvennootschappen waarin bepaalde partners hun werkzaamheden verrichten, is uitgesloten. Dit derdenbeding is bedongen ten behoeve van genoemde personen, die te allen tijde een beroep op deze bepaling kunnen doen.
Alle aanspraken van de opdrachtgever jegens GMW Advocaten vervallen twaalf maanden nadat de werkzaamheden waarop de betreffende aanspraak betrekking heeft, zijn verricht.
de focus toen niet lag op het van tafel krijgen van het exoneratiebeding.Het beroep op het exoneratiebeding is door Texim voor het eerst terloops gedaan in de punten 7 en 8 van haar conclusie van dupliek in reconventie van 1 april 2009 (productie G29) en daarna voor de tweede keer in de punten 65 t/m 67 van haar antwoordconclusie na contra-enquête van 10 april 2013 (productie E15). Bij gebreke van een tijdige en adequate reactie van mr. [A] namens TDSL op dat beroep van Texim op haar exoneratiebeding - of beter nog bij gebreke van een tijdige anticipatie op dat exoneratiebeding door mr. [A] bij het kiezen van de procestactiek en de in reconventie in te stellen tegenvorderingen in zijn eerste inhoudelijke conclusie van 16 juli 2008 (productie E5) na het vonnis in het bevoegdheidsincident - kon en moest de rechter te Almelo in reconventie beslissen zoals hij dat heeft gedaan in zijn eindvonnis van 10 juli 2013. Zie daartoe nader de feitenvaststelling en het citaat hiervoor bij 2.4.1 en 2.4.2.
online-applicatie, gaat naar het oordeel van de rechtbank niet op. Dat blijkt immers niet of onvoldoende concreet uit de gehele inhoud van de conclusie van mr. [A] van 16 juli 2008 (productie E5) in onderling verband en samenhang bezien, zoals door en namens TDSL terecht is betoogd. Voorts wordt dit verweer met zoveel woorden feitelijk weerlegd in de punten 21 en 22 van de daarop volgende conclusie van mr. [A] van 21 januari 2009 (productie E7), waaruit blijkt dat mr. [A] toen in ieder geval wist dat ook die eigen
online-applicatievan TDSL in de praktijk niet goed werkte en dat alle problemen pas definitief waren opgelost toen TDSL medio of eind 2008 de van Texim gekochte STEPP II kastjes via een kostbare ombouwoperatie bij (bijna) al haar klanten heeft vervangen door de toen beschikbare STEPP III kastjes die TDSL toen van een andere leverancier dan Texim heeft gekocht.
embedded firmwareaan de rechtbank te Almelo aan te tonen, uit het oog verloren dat gelet op het bestaande exoneratiebeding het voor TDSL maximaal haalbare wellicht slechts ontbinding van de gehele koopovereenkomst en teruggave van de al betaalde koopprijzen zou zijn. Een advocaat is nu juist ingeschakeld met het oog op onder meer zijn specifieke juridische analyse van het voorliggende geval en behoort zulks in ieder geval te adviseren aan zijn cliënt en daartoe in beginsel ook subsidiair maatregelen te nemen, ook als zijn cliënt primair een veel grotere schadevergoeding wenst te verkrijgen van de wederpartij.
de op dat moment reeds aan Texim betaalde bedragen ivm de betreffende overeenkomsten,aldus mr. Obbeek in punt 82 van zijn dagvaarding
.GMW Advocaten betwist dit en stelt dat
slechts EUR 85.400,-- zag op de STEPP II. TDSL had 427 STEPP II apparaten gekocht voor het bedrag van circa EUR 200,-- per stuk. Dat komt neer op EUR 85.400,-- in totaal. Alle vorderingen die betrekking hebben op de STEPP I kunnen alleen al niet worden toegewezen, omdat Texim deze niet aan TDSL had geleverd,aldus samengevat het relevante verweer van mr. Riazy in haar conclusie.
niet van twee walletjes eten.