Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[C],
1.De procedure
2.De feiten
€ 50.000,- afstand gedaan van een aan haar door [D] verleende (tweede of derde) hypotheek, alsmede het op 19 mei 2010 gelegde beslag opgeheven.
Rechtbank Den Haag
In deze bodemzaak, uitgesproken op 6 juli 2016 door de Rechtbank Den Haag, staat de vraag centraal of de verkoop van bloembollen door de gedaagden inbreuk maakt op de kwekersrechten van de eiseres, Amaryllis B.V. De eiseres, die zich bezighoudt met het kweken en verhandelen van bloembollen, heeft diverse kwekersrechten op rassen van Amaryllis L en Hippeastrum Herb. De gedaagden, FA. B & ZN. V.O.F. en C, worden beschuldigd van het vermeerderen en verkopen van bloembollen van deze beschermde rassen zonder toestemming van de eiseres. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiseres haar kwekersrechten heeft en dat de gedaagden inbreuk hebben gemaakt door bloembollen te verkopen die van de beschermde rassen zijn. Echter, de rechtbank oordeelt dat de eiseres niet voldoende bewijs heeft geleverd dat de gedaagden zich schuldig hebben gemaakt aan de voorbehouden handelingen met betrekking tot teeltmateriaal. De vorderingen van de eiseres worden afgewezen, en zij wordt veroordeeld in de proceskosten. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor eiseres om voldoende bewijs te leveren van inbreuk op haar kwekersrechten, en dat de bescherming van kwekersrechten niet automatisch geldt voor oogstmateriaal.