Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
mr. M.C. Stolk en van hetgeen door de verdachte naar voren is gebracht.
2.De tenlastelegging
3.Bewijsoverwegingen
- de bekennende verklaring van de verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 14 juli 2016;
- de bekennende verklaring van de verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 14 juli 2016;
- een proces-verbaal van aangifte van [aangever 2] d.d. 14 december 2015 (p. 10).
- een proces-verbaal van bevindingen d.d. 14 december 2015 (p. 13-15);
[slachtoffer 4]en bijbehorende pincode bij een aantal geldautomaten en winkels geldbedragen te pinnen;
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De strafoplegging
7.De vorderingen van de benadeelde partijen
Met betrekking tot het bij dagvaarding I onder 4 en 5 tenlastegelegde heeft
[slachtoffer 4] , vertegenwoordigd door mr. F.M.L. Dekkers, advocaat te Leiden, zich als benadeelde partij gevoegd met een vordering tot schadevergoeding ten bedrage van
€ 19.144,25, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het ontstaan van de schade. Ter terechtzitting van 14 juli 2016 heeft de benadeelde partij de vordering bijgesteld tot € 10.641,18. De vordering ziet op materiële schade, te weten herstelwerkzaamheden, sleutelplaten, boormachines, een pc, een beeldscherm, software, installatie van de software en met een gestolen pinpas gepinde bedragen.
€ 424,20, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover.
€ 38,38. De vordering ziet op materiële schade, te weten twee kentekenplaten en het monteren daarvan.
8.De schadevergoedingsmaatregel
9.De in beslag genomen voorwerpen
10.De toepasselijke wetsartikelen
- 9, 9a, 14a, 14b, 14c, 14d, 22b, 22c, 22d, 36b, 36c, 36f, 45, 57, 62, 310 en 311 van het Wetboek van Strafrecht;
- 9 en 176, 177, 179 van de Wegenverkeerswet 1994;
- 2 en 10 van de Opiumwet, en de daarbij behorende lijst I;
- 2.44 en 6.1 van de Algemene Plaatselijke Verordening Kaag en Braassem.
11.De beslissing
240 (TWEEHONDERDVEERTIG) UREN;
120 (HONDERDTWINTIG) DAGEN;
3 (DRIE) MAANDEN;
GGZ Reclassering Palier Leiden,
Witte Singel 8, 2311 BG Leiden op door de reclassering te bepalen tijdstippen, zo frequent en zo lang deze dat noodzakelijk acht;
[slachtoffer 4]deels toe en veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan [slachtoffer 4] een bedrag van € 9.247,47, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 8 september 2015 tot aan de dag waarop deze vordering is voldaan;
€ 9.247,47, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 8 september 2015 tot aan de dag waarop deze vordering is voldaan, ten behoeve van het slachtoffer genaamd
[slachtoffer 4] ;
81 dagen;
[slachtoffer 7]toe en veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan
een bedrag van € 38,38;
€ 38,38, ten behoeve van het slachtoffer genaamd [slachtoffer 7] ;
1 dag;
[slachtoffer 5]niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat hij de vordering in zoverre slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
- 0,88 gram cocaïne;
- 1 schroevendraaier plat;
- 1 schroevendraaier plat;
- 1 handgereedschap Gedore;
- 1 handgereedschap Sandvik 428-16;
- 1 handgereedschap Connex 240;
- 1 handgereedschap platbektang;
- 1 schroevendraaier kruiskop;
- 2 handschoenen;
- 1 tas Eastpak Groot.