ECLI:NL:RBDHA:2017:11085
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van ongeloofwaardige bekering tot het christendom
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 24 augustus 2017 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, van Guinese nationaliteit, een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had aangevraagd. Eiser stelde dat hij was bekeerd tot het christendom en dat hij hierdoor in Guinee werd bedreigd door zijn familie, die hem zou willen vermoorden. De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verweerder, heeft de asielaanvraag afgewezen op 25 juli 2017, omdat de geloofwaardigheid van de bekering niet werd erkend. Tijdens de zitting op 17 augustus 2017 heeft eiser zijn standpunt toegelicht, bijgestaan door zijn gemachtigde en een tolk.
De rechtbank heeft overwogen dat de verweerder een vaste gedragslijn hanteert bij het beoordelen van de geloofsovertuiging van asielzoekers. Eiser kon echter niet overtuigend uitleggen waarom hij zich had bekeerd en had onvoldoende kennis van het christendom, ondanks zijn beweringen dat hij zich sinds 2010/2011 in het geloof had verdiept. De rechtbank concludeert dat de motieven en het proces van bekering niet geloofwaardig zijn en dat de gestelde problemen in Guinee als gevolg van deze bekering niet aannemelijk zijn gemaakt. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de afwijzing van de asielaanvraag.
De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn op de hoogte gesteld van de mogelijkheid om binnen een week hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.