3.4.1Feit 1: ontucht met [slachtoffer 1]
, geboren op 13 december 2000, heeft op 14 december 2016 bij de politie verklaard dat hij op enig moment contact kreeg met de verdachte, die via chatgesprekken via de telefoon had gevraagd om een foto. Nadat [slachtoffer 1] een foto van zichzelf had gestuurd had de verdachte gezegd dat [slachtoffer 1] knap was en dat hijzelf geil was. In dat gesprek heeft [slachtoffer 1] tegen de verdachte gezegd dat hij 15 jaar oud was. Vervolgens heeft [slachtoffer 1] op verzoek van de verdachte van zichzelf blootfoto’s gestuurd aan de verdachte. In de periode van het chatcontact heeft hij ook in persoon met de verdachte afgesproken. Hij heeft volgens zijn verklaring de verdachte ontmoet bij uitvaartcentrum [naam] , bij [naam] in Gouda. Daar is de verdachte naartoe gekomen in zijn auto. Toen [slachtoffer 1] was ingestapt en zij ergens anders naartoe waren gereden begon de verdachte hem te knuffelen, tegen hem aan te liggen en te wrijven over zijn buik. De verdachte deed daarna zijn hand in de onderbroek van [slachtoffer 1] en wreef over diens geslachtsdeel. De verdachte trok zich op dat moment af en ging [slachtoffer 1] aftrekken. Ook nam de verdachte het geslachtsdeel van [slachtoffer 1] in zijn mond en ging verder met het aftrekken van [slachtoffer 1] . Ook kwam de verdachte klaar. In totaal hebben er drie van dat soort ontmoetingen plaatsgevonden, waarvan de andere twee plaatsvonden in Haastrecht (de eerste ontmoeting) en in Reeuwijk. Bij die ontmoetingen gebeurde volgens [slachtoffer 1] hetzelfde als bij de ontmoeting in Gouda, waarbij telkens na de initiële ontmoeting naar een plek werd gereden met de auto van de verdachte. Over de eerste keer in Haastrecht heeft [slachtoffer 1] verklaard dat hij toen bij [naam] (de rechtbank begrijpt [naam] ) aan het logeren was en dat hij daar op enig moment is weggegaan met de smoes dat hij iets ging doen voor drugs.
De verdachte heeft bevestigd dat hij met de verdachte ontmoetingen heeft gehad in zijn auto, maar heeft ontkend dat er toen seksuele handelingen hebben plaatsgevonden en verklaard dat tijdens die ontmoetingen slechts vriendschappelijk gesproken werd.
De rechtbank ziet zich gesteld voor de vraag of de verklaring van [slachtoffer 1] betrouwbaar is. Zij overweegt daartoe het volgende.
Naar het oordeel van de rechtbank vindt de verklaring van [slachtoffer 1] steun in meerdere bewijsmiddelen. De seksuele aard en plek van de handelingen waar [slachtoffer 1] over heeft verklaard vinden steun in chatgesprekken die de verdachte heeft gehad met [slachtoffer 2] . De verdachte, die gebruikmaakte van de chatnaam “ [naam] ”, heeft namelijk tegen die [slachtoffer 2] (die gebruikmaakte van de chatnaam [naam] ) gezegd: “
kan toch een keer in de auto ofso dat je naast me zit en dat je jezelf aftrekt ofso”.Daaruit volgt afdoende dat de verdachte openstond voor een fysieke ontmoeting voor seksueel contact op dezelfde plek als waar [slachtoffer 1] over heeft verklaard. Ook een chatgesprek met [naam] , welk gesprek door de verdachte is bevestigd,ondersteunt de verklaring van [slachtoffer 1] dat er fysiek contact is geweest. De verdachte heeft namelijk in dat chatgesprek met [naam] onder meer gezegd: “
Maar [naam] doe5 wel meer dan andere ja”, “
Vriendschap geveb. Knuffel”, “
Maar het is heus niet zo dat [naam] en ik steeds voor geld” en “
Anders ga ik [naam] zoenen vanavond” en “
En knuffelen”.Dat het contact tussen [slachtoffer 1] en de verdachte verder ging dan alleen vriendschap volgt ook uit chatgesprekken op 25 en 26 november 2016 tussen de verdachte en A. van der Wiel, waarin de verdachte heeft gezegd: “
[naam] en ik zijn uitgespeeld”, “
Ben toe aan een nieuwe liefde”, “
Ja maar [naam] was spielerei” en “
En geen[hart icoon]”.De verklaring van [slachtoffer 1] dat hij aan het logeren was bij [naam] op de dag van de eerste ontmoeting vindt voorts steun in de verklaring van [naam] , die heeft verklaard dat [slachtoffer 1] een keer bij [naam] was en op enig moment ineens wegging en wegreed.Tot slot heeft ook de verdachte bevestigd dat er daadwerkelijk ontmoetingen zijn geweest in de auto en dat nadat [slachtoffer 1] instapte zij wegreden, omdat [slachtoffer 1] zich opgelaten zou voelen jegens derden omdat hij met [slachtoffer 1] afsprak in een auto.
De omstandigheid dat – zoals door de raadsman naar voren is gebracht – [slachtoffer 1] pas na aandringen verklaarde dat meer was gebeurd dan alleen het uitwisselen van foto’s en chatten doet naar het oordeel van de rechtbank niet af aan het voorgaande. Dat [slachtoffer 1] niet direct open kaart heeft gespeeld past namelijk in de situatie van een (tijdens het afleggen van die verklaring) zestienjarige jongen die zich schaamt voor zijn (homo)seksuele contact met een oudere man en daardoor niet gelijk alles heeft willen verklaren. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de verklaring van [slachtoffer 1] dan ook voldoende betrouwbaar om als bewijsmiddel te gebruiken en dat doet zij ook.
Periode
Uit het dossier volgt niet direct op welke data de fysieke contacten tussen [slachtoffer 1] en de verdachte zouden hebben plaatsgevonden. Voor zover [slachtoffer 1] heeft verklaard over het eerste niet-fysieke contact heeft hij het over een moment dat hij op school was.Vervolgens heeft de verdachte [slachtoffer 1] elke dag geappt, waarna hij daar enkele weken later mee ophield.Op enig moment ontving [slachtoffer 1] toch weer een app van de verdachte. Dat was ongeveer één week voor de herfstvakantie.Gelet op die omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat vaststaat dat het fysieke contact tussen de verdachte en [slachtoffer 1] tijdens het schooljaar 2016-2017 en daarmee gedurende de tenlastegelegde periode heeft plaatsgevonden.
Conclusie
Op grond van voornoemde bewijsmiddelen en overwegingen is de rechtbank van oordeel dat wettig en overtuigend is bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde feit onder 1 heeft begaan.
3.4.3Feit 3: kinderpornografie
De rechtbank zal de verdachte vrijspreken van het onder feit 3 tenlastegelegde. Zij overweegt daartoe het volgende.
Ten aanzien van de verweten foto’s
Blijkens de toegewezen wijziging van de tenlastelegging d.d. 11 september 2017 en het requisitoir heeft de officier van justitie het verwijt onder 3 ter zake de foto’s toegespitst op (enkel) de foto’s die de verdachte van [slachtoffer 1] toegestuurd zou hebben gekregen.
Vaststaat dat er (poseer)foto’s van [slachtoffer 1] door [slachtoffer 1] aan de verdachte zijn gestuurd, maar dat die foto’s niet onder de verdachte (op gegevensdragers) zijn aangetroffen, noch onder [slachtoffer 1] . Zonder feitelijk kennis te kunnen nemen van die foto’s moet de inhoud daarvan uit ander bewijs blijken. Naar het oordeel van de rechtbank ontbreekt het in het dossier aan dat bewijs, nu [slachtoffer 1] met betrekking tot die foto’s niet meer heeft verklaard dan dat het ging om foto’s van zijn buik en één foto van een (niet nader omschreven) deel van zijn geslachtsdeel, zodat naar het oordeel van de rechtbank niet vaststaat dat die foto’s aangemerkt kunnen worden als van kinderpornografische aard. Onder die omstandigheid kan niet wettig en overtuigend bewezen worden verklaard dat de verstuurde foto’s van [slachtoffer 1] aan de verdachte van kinderpornografische aard waren.
Ten aanzien van de verweten kinderpornografische filmpjes
De rechtbank stelt voorop dat het dossier geen enkel aanknopingspunt bevat om te kunnen veronderstellen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het verspreiden, vervaardigen, invoeren of uitvoeren van de op zijn gegevensdragers aangetroffen kinderpornografische filmpjes. Aan de orde is dus uitsluitend de vraag of bewezen kan worden verklaard dat verdachte dit materiaal
opzettelijkin zijn bezit heeft gehad, zoals in het begrip ‘bezit’ als bedoeld in artikel 240b lid 1 Sr besloten ligt. Ten aanzien van deze vraag wordt het volgende overwogen.
De rechtbank kan zich op grond van het dossier geen duidelijk beeld vormen van:
- de wijze waarop de verdachte naar (kinder)pornobestanden heeft gezocht, bijvoorbeeld de in de zoekopdrachten gebruikte termen;
- de wijze waarop de verdachte de aangetroffen kinderpornobestanden heeft gedownload, bijvoorbeeld één voor één of met meerdere (andere soorten) bestanden in een archiefbestand;
- de structuur van de map(pen) waarin de verdachte deze bestanden heeft opgeslagen, bijvoorbeeld de aard van de namen van de map(pen);
- de wijze waarop de verdachte meerdere van die bestanden heeft overgezet van zijn computer(s) naar externe gegevensdragers, bijvoorbeeld één voor één, in een archiefbestand, in een map of door middel van een reeds ingesteld back-up programma.
Het ontbreken van deze informatie leidt ertoe dat de rechtbank zich geen oordeel kan vormen over de volgende vragen: (1) of het bij de aangetroffen kinderpornografische filmpjes om meer ging dan ‘bijvangst’ van (een) reguliere zoekopdracht(en) naar pornografisch materiaal, (2) of de verdachte dientengevolge wetenschap had van de inhoud van deze bestanden, (3) of de verdachte bewust deze bestanden heeft overgezet naar externe gegevensdragers en (4) of de verdachte wetenschap had dat die bestanden vanaf dat moment op die gegevensdragers werden bewaard.
Daarmee kan in het dossier onvoldoende bewijs worden gevonden voor de voor een bewezenverklaring vereiste (impliciet tenlastegelegde en al dan niet voorwaardelijke opzet. Bij die stand van zaken dient daarom ook met betrekking tot dit onderdeel van het onder 3 tenlastegelegde vrijspraak te volgen.
3.4.5Feit 4 tweede cumulatief/alternatief: verleiding tot ontucht met [slachtoffer 2]
Chatgesprekken tussen de verdachte en [slachtoffer 2]
De verdachte heeft verklaard dat hij als chatnaam “ [naam] ”heeft gebruikt en [slachtoffer 2] heeft verklaard dat hij “ [naam] ”als chatnaam heeft gebruikt.
Op 25 mei 2016 tussen 13:40:26 uur en 14:00:07 uur heeft er tussen “ [naam] ” en “ [naam] ” onder meer het volgende gesprek plaatsgevonden :
[…]
[naam] :
Heb je ook geen filmpje of zo
[naam] :
Nee
[naam] :
Sorry nu jiet
[naam] :
Jammer man
[naam] :
Sorry
[naam] :
Ook niet als ik jou geile fotos of filmpjes stuur van hete jongens van 14 of 15?
[naam] :
Ook klaar kom fil;mpje enz?
[naam] :
Dan miss wel
[naam] :
Ik heb echt wel lekkere
[naam] :
Maar ik ga niet alles eerst sturen en dat je dan niet wilt wilt ineens enz
[naam] :
Wat wil je van mijn dan?
[naam] :
Ik wil je sperma
[naam] :
Sperma
[naam] :
En naar je lijf kijken
[naam] :
Maar ik kom zo niet klaar
[naam] :
oo
[naam] :
Nooit
[naam] :
Of nu niet
[naam] :
Ny niet
[naam] :
Oke
[naam] :
Maar je kan toch voor me cammen nu even dat ik zeg wat ik wil zien en jij het doet
[naam] :
Dat ik dan die jongen regel voor je
[naam] :
Beetje elkaar helpen
[naam] :
Ok
[naam] :
Zou je dat willen
[naam] :
Dan
[naam] :
Ja
[naam] :
Wanneer?
[naam] :
Nu?
[naam] :
Mag mijn cam dan ff uit blijven? Dan kan ik makkelijker type of mobiel en em effe neer zetten en lekker aftrekken op jou?
[naam] :
Maar wil jou ook wel zien
[naam] :
Ja maar dat rukt een beetje lastig en je kan toch niet klaarkomen nu
[naam] :
Ok
[naam] :
Dus
[naam] :
Mag dat voor deze ene keer
[naam] :
Ja
[naam] :
Oke
[naam] :
W8 kom effe op me mobiel dan
[naam] :
Dan zal ik jou ook helpen
[naam] :
Maar dan wil ik die dingen van jou
[naam] :
Nu gelijk of? Want dat lukt niet op skype
[naam] :
Kan wel een geil filmpjes sturen alvast 1 die heb ik hier
[naam] :
Oke
[naam] :
[Stuurt een filmbestand]
[naam] :
Deze is 14 ik kan je na het cammen zn skype enz wel geven
[naam] :
Ok
[…]
Op 25 mei 2016 tussen 14:18:48 uur en 14:19:54 heeft er tussen “ [naam] ” en “ [naam] ” onder meer het volgende gesprek plaatsgevonden :
[…]
[naam] :
En hoe oud was je eerlijk
[naam] :
Heb je nog filmpjes en fotos
[naam] :
14 want?
[naam] :
Ja heel veel alleen ben nu op werk dus kan niet sturen
[naam] :
Snap je
[naam] :
Ben je op skyoe vanaaf
[naam] :
Vast wel
[naam] :
Waarom wou je weten hoe oud ik was?
[naam] :
Ik woon trouwes in Gouda
[naam] :
Vergeten
[naam] :
Oke
[…]
Op 27 oktober 2016 tussen 09:31:15 uur en 09:47:27 uur heeft er tussen “ [naam] ” en “ [naam] ” onder meer het volgende gesprek plaatsgevonden :
[…]
[naam] :
Oke ik stuur je nu paar filmpjes, dan kom ik ffe opnieuw online en dan stuur jij fotos die ik wil en dan stuur ik jou weel filmpjes oke?
[naam] :
Ok
[naam] :
Oke
[naam] :
Kheb er cht veel voor je als je lekkere fotos stuurt
[naam] :
Kzal zo wel zeggen wat ik wil zien
[naam] :
Ja
[naam] :
Kwacht tot je er nog 2 binnen heb
[naam] :
Die ene laatste wil niet afspelen
[naam] :
Ik kom ven opnieuw online en dan zal ik zeggen wa ik wil zien,
[naam] :
Oke stuur ik em in ander formaat doe ik zo
[naam] :
Heeee
[naam] :
Ben ik weer
[naam] :
Stuur me een foto van je buik en schaamhaar
[naam] :
?
[naam] :
[Stuurt een fotobestand]
[naam] :
Nu je pik zonder handen
[naam] :
Borst een en een foro van je oksel
[naam] :
?
[naam] :
[Stuurt een fotobestand]
[naam] :
[Stuurt een fotobestand]
[naam] :
Ga door
[naam] :
[Stuurt een fotobestand]
[…]
[slachtoffer 2] , geboren op [geboortedatum slachtoffer] , heeft verklaard dat hij chatgesprekken heeft gehad met iemand die als chatnaam “ [naam] ” had. Diegene vroeg aan hem of hij chatnamen van derden wilde ontvangen. Als hij dat wilde moest hij foto’s of een filmpje (van zichzelf) maken. Ook beloofde “ [naam] ” filmpjes en kreeg [slachtoffer 2] foto’s en filmpjes van “ [naam] ”. Hij heeft zich live [de rechtbank begrijpt via een webcam] in beeld voor “ [naam] ” afgetrokken. Dat hij zei “Wil je cammen? Dan krijg je 6 jongens skype tussen 14-17”, zei “ [naam] ” volgens [slachtoffer 2] wel vaker.“ [naam] ” vroeg ook aan [slachtoffer 2] of hij zich wilde aftrekken voor de webcam. [slachtoffer 2] zag dan – terwijl hij zichzelf aan het aftrekken was – dat “ [naam] ” zich ook aan het aftrekken was op de webcam.[slachtoffer 2] heeft ook filmpjes verstuurd van zijn buik en dat hij zichzelf aan het aftrekken was.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank overweegt ten eerste dat - anders dan door de officier van justitie en de raadsman is aangevoerd - foto’s en filmpjes van digitale aard gelet op de jurisprudentie van de Hoge Raad omtrent digitale bestanden/objecten (onder meer de Runescape-jurisprudentie: ECLI:NL:HR:2012:BQ9251) als goederen in de zin van art. 248a Sr kunnen worden aangemerkt. Naar het oordeel van de rechtbank is gelet op voornoemde bewijsmiddelen voldoende aannemelijk geworden dat de verdachte tijdens elke van de drie aangehaalde chatgesprekken op de hoogte was van het feit dat hij met een veertienjarige jongen aan het chatten was. In het tweede aangehaalde chatgesprek zegt hij immers dat hij het “vergeten” was wat de leeftijd van [slachtoffer 2] was toen [slachtoffer 2] zijn leeftijd van veertien jaar noemde. Dat impliceert dat hij al eerder op de hoogte is geweest van de leeftijd van [slachtoffer 2] . Dit wordt ondersteund door het feit dat hij in het eerste hiervoor aangehaalde chatgesprek – dat slechts enkele minuten voor het tweede chatgesprek had plaatsgevonden – seksfilmpjes en foto’s van veertien- en vijftienjarigen aanbood, terwijl het willen aanbieden van leeftijdsgelijk materiaal aan een veertienjarige om deze te bewegen tot ontuchtige handelingen aannemelijker is dan het willen aanbieden van in essentie kinderpornografisch materiaal – met dezelfde intentie – aan iemand waarvan de verdachte dacht dat het een meerderjarige was.
Op grond van voornoemde bewijsmiddelen is naar het oordeel van de rechtbank voldoende wettig en overtuigend bewezen dat [slachtoffer 2] door de belofte van seksfilmpjes van minderjarigen door de verdachte is bewogen tot het plegen en/of dulden van ontuchtige handelingen, terwijl de verdachte wist dat hij met een veertienjarige van doen had.