ECLI:NL:RBDHA:2017:12224
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- G. van Zeben-de Vries
- Rechtspraak.nl
Weigering van Wajong-uitkering op basis van arbeidsongeschiktheidseisen
Op 26 oktober 2017 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. A.H. Westendorp, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv), vertegenwoordigd door G.M. Folkers-Hooijmans. Eiseres had op 25 februari 2016 een Wajong-uitkering aangevraagd, maar het Uwv weigerde deze aanvraag bij besluit van 27 mei 2016, omdat de beperkingen van eiseres niet voor haar achttiende verjaardag waren ontstaan. Dit besluit werd in een later bestreden besluit op 30 januari 2017 gehandhaafd. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld.
Tijdens de zitting op 27 september 2017 heeft eiseres haar standpunt toegelicht, waarbij zij aanvoerde dat haar reumatische klachten al vóór haar achttiende verjaardag bestonden, zoals bevestigd door haar behandelend reumatoloog dr. K. Visser. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat de medische beoordeling zorgvuldig is uitgevoerd en dat er geen bewijs is dat eiseres vóór haar achttiende verjaardag al volledig en duurzaam arbeidsongeschikt was. De rechtbank concludeert dat eiseres niet voldoet aan de criteria van de Wajong 2015, die vereist dat de beperkingen duurzaam zijn en vóór de achttiende verjaardag zijn ontstaan.
De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard en het bestreden besluit in stand gelaten. Eiseres heeft geen nieuwe feiten of omstandigheden aangevoerd die de eerdere conclusies van de verzekeringsartsen zouden kunnen weerleggen. De rechtbank heeft ook geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en er staat een rechtsmiddel open voor hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep binnen zes weken na verzending van de uitspraak.