Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 16 december 2016, met producties 1 tot en met 34;
- de conclusie van antwoord in conventie tevens eis in reconventie van [B.V. I c.s.] , met producties 1 tot en met 4;
- het tussenvonnis van 1 maart 2017, waarbij een comparitie van partijen is bevolen;
- de akte overlegging producties met producties 35 en 36 van de zijde van de VvE;
- het proces-verbaal van comparitie van partijen van 13 september 2017, opgemaakt buiten aanwezigheid van partijen, en de daarin genoemde stukken, met aangehecht een vaststellingovereenkomst van partijen;
- de brief van mr. Van Lent van 27 september 2017 met opmerkingen over het buiten aanwezigheid van partijen opgemaakte proces-verbaal.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
€ 1.158,--(2,0 punt × tarief € 579,--)