ECLI:NL:RBDHA:2017:13133

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
15 november 2017
Publicatiedatum
14 november 2017
Zaaknummer
NL17/10989
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verblijfsvergunning asiel voor Egyptische nationaliteit op basis van echtgenote's asielrelaas

Op 15 november 2017 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiser, vertegenwoordigd door mr. M.A. Krikke, en de minister van Veiligheid en Justitie, vertegenwoordigd door mr. E. Groenendijk. De zaak betreft een aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, die door de minister op 12 oktober 2017 als kennelijk ongegrond is afgewezen. Eiser, van Egyptische nationaliteit en geboren in 1979, heeft op 9 juli 2017 een asielaanvraag ingediend, waarbij hij zich beroept op het asielrelaas van zijn echtgenote. De rechtbank heeft op dezelfde dag ook het beroep van de echtgenote ongegrond verklaard, wat van invloed is op de zaak van de eiser.

Tijdens de zitting op 7 november 2017 was eiser aanwezig, bijgestaan door zijn gemachtigde, en werd er een tolk, A. Fawsy, ingeschakeld. De rechtbank heeft overwogen dat de beroepsgronden van eiser zich richten tegen het besluit dat ook zijn echtgenote betreft. Aangezien de rechtbank al een uitspraak heeft gedaan over de zaak van de echtgenote, volstaat zij met een verwijzing naar die uitspraak. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep van eiser ongegrond is en dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling.

De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van de mogelijkheid om hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen één week na verzending van de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Bestuursrecht
zaaknummer: NL17.10989

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 15 november 2017 in de zaak tussen

[eiser], eiser

(gemachtigde: mr. M.A. Krikke),
en
de minister van Veiligheid en Justitie, thans de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
(gemachtigde: mr. E. Groenendijk).

ProcesverloopBij besluit van 12 oktober 2017 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van eiser tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure afgewezen als kennelijk ongegrond.

Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 7 november 2017. Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Als tolk is verschenen A. Fawsy. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Eiser is van Egyptische nationaliteit. Hij is geboren op [geboortedatum] 1979. Hij heeft op 9 juli 2017 een aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd ingediend. Eiser heeft zich daarbij beroepen op het asielrelaas van zijn echtgenote, [echtgenote] (echtgenote).
2. Bij uitspraak van vandaag is het beroep van de echtgenote van eiser ongegrond verklaard. Nu eiser zich enkel heeft beroepen op het relaas van zijn echtgenote, de beroepsgronden zich ook richten tegen het besluit ten aanzien van zijn echtgenote, volstaat de rechtbank met een verwijzing naar deze uitspraak, met zaaknummer NL17.10990.
3. Het beroep is ongegrond.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M.M. Meijers, rechter, in aanwezigheid van mr. I.M. Bijvank, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 15 november 2017.
griffier
rechter
Afschrift verzonden of digitaal ter beschikking gesteld aan partijen op:

Rechtsmiddel