Uitspraak
WRAKINGSKAMER VAN DE RECHTBANK DEN HAAG
1.De voorgeschiedenis en het procesverloop
2.De mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek
3.Het standpunt van verzoekster
4.Het standpunt van de rechter
5.Het standpunt van belanghebbende
6.De beoordeling
of ambtshalvebevoegd is een gecertificeerde instelling als bedoeld in artikel 1.1 van de Jeugdwet te belasten met de voorlopige voogdij over een kind. Een dergelijke beslissing kan op elk moment van de procedure worden genomen, dus ook tijdens een regiezitting, waar – zoals aangekondigd in de uitnodigingsbrief – ‘dit verzoekschrift’ wordt behandeld. Uit het petitum blijkt dat het verzoek tot voorlopige voogdij onderdeel uitmaakt van dit verzoekschrift. Verzoekster had er aldus bedacht op moeten zijn dat ten aanzien van het verzoek tot voorlopige voogdij een beslissing zou kunnen worden genomen. Dat in de uitnodigingsbrief de mogelijke (ambtshalve) behandeling van en beslissing op het verzoek tot voorlopige voogdij niet staat vermeld, is weliswaar minder gelukkig maar doet onvoldoende af aan het voorgaande.