ECLI:NL:RBDHA:2017:2300
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Herziening bijstandsuitkering en terugvordering teveel betaalde bijstand op grond van de Participatiewet
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 13 maart 2017 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres en het college van burgemeester en wethouders van Den Haag. Eiseres ontving vanaf 29 april 2014 een bijstandsuitkering. De gemeente Den Haag heeft vastgesteld dat eiseres over de periode van 1 juli 2015 tot en met 31 juli 2015 inkomsten heeft ontvangen van [X] Service Nederland, welke zij niet heeft gemeld. Hierdoor heeft het college de bijstandsuitkering herzien en een bedrag van € 534,82 aan teveel betaalde uitkering teruggevorderd. Eiseres heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar dit werd ongegrond verklaard.
Tijdens de zittingen heeft eiseres aangevoerd dat zij in de betreffende periode stage heeft gelopen zonder inkomsten en dat de gemeente onzorgvuldig heeft gehandeld door te vertrouwen op gegevens van Suwinet. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat eiseres niet voldoende bewijs heeft geleverd om haar stelling te onderbouwen. De rechtbank oordeelde dat het aan verweerder was om de feiten te verifiëren en dat de gemeente terecht heeft geconcludeerd dat eiseres de inlichtingenplicht heeft geschonden. De rechtbank heeft de terugvordering van het bedrag van € 534,82 door het college gerechtvaardigd geacht, omdat eiseres niet aannemelijk heeft gemaakt dat zij recht had op volledige of aanvullende bijstand.
De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en eiseres kan binnen zes weken hoger beroep instellen bij de Centrale Raad van Beroep.