In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Den Haag op 8 februari 2017 uitspraak gedaan in een deelgeschil tussen een verzoeker en DZM Data Solution B.V. De verzoeker, die letsel had opgelopen tijdens werkzaamheden voor DZM, verzocht de rechtbank te verklaren dat DZM aansprakelijk was voor de schade die hij had geleden als gevolg van het ongeval. Het ongeval vond plaats op 18 november 2015, toen de verzoeker, als uitgeleende werknemer, betrokken was bij het inblazen van glasvezeltubes. Tijdens deze werkzaamheden schoot de luchtslang van de compressor los, wat resulteerde in ernstig letsel aan het bovenbeen van de verzoeker. De verzoeker stelde dat DZM tekort was geschoten in haar zorgplicht door een onveilig arbeidsmiddel ter beschikking te stellen, namelijk een slangklem die niet geschikt was voor de hoge druk van de compressor.
DZM betwistte de aansprakelijkheid en voerde aan dat de verzoeker zelf verantwoordelijk was voor het correct aansluiten van de luchtslang en dat de druk van de compressor door de verzoeker was verhoogd. De kantonrechter oordeelde dat DZM de op haar rustende zorgplicht had geschonden, omdat de luchtslang niet geschikt was voor de druk die de compressor kon leveren. De kantonrechter concludeerde dat DZM aansprakelijk was voor de schade van de verzoeker en veroordeelde DZM tot betaling van de proceskosten, die op € 3.176,83 werden begroot. De beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.