ECLI:NL:RBDHA:2017:3069
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Erkenning van Eritrees religieus huwelijk in het kader van gezinshereniging
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 8 februari 2017 uitspraak gedaan in een geschil over de erkenning van een Eritrees religieus huwelijk in het kader van gezinshereniging. Eiseres, een Eritrese vrouw, had een aanvraag ingediend voor een machtiging tot voorlopig verblijf, die door de minister van Buitenlandse Zaken was afgewezen. De minister stelde dat het religieuze huwelijk van eiseres niet rechtsgeldig was volgens het internationaal privaatrecht, omdat het niet was ingeschreven in de registers van de kebabi, zoals vereist volgens het Country of Origin Information Report van het European Asylum Support Office. De rechtbank oordeelde echter dat de minister onvoldoende had gemotiveerd waarom het huwelijk niet als rechtsgeldig kon worden erkend. De rechtbank concludeerde dat uit het Eritrese wetboek niet blijkt dat inschrijving in de kebabi noodzakelijk is voor de geldigheid van een religieus huwelijk. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit van de minister en droeg deze op om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen, waarbij rekening gehouden moet worden met de uitspraak. Tevens werd de minister veroordeeld in de proceskosten van eiseres en moest het betaalde griffierecht worden vergoed.