In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 19 juni 2017 een beschikking gegeven met betrekking tot de wijziging van de akte van de burgerlijke stand. Het verzoek is ingediend door de vrouw, die ten onrechte als gehuwd was geregistreerd met de man, die niet de biologische vader van de minderjarige is. De vrouw heeft in België een wettelijke samenwoning aangegaan met de biologische vader van de minderjarige. De rechtbank heeft vastgesteld dat de man juridisch niet de vader van de minderjarige is, omdat er geen gemeenschappelijke nationaliteit was ten tijde van de huwelijksontbinding en de vrouw in België verbleef. De rechtbank heeft het verzoek van de vrouw om de geboorteakte van de minderjarige te wijzigen, toegewezen. De rechtbank heeft ook vragen gesteld aan het Internationaal Juridisch Instituut over de erkenning van de Belgische wettelijke samenwoning in Nederland en de gevolgen daarvan voor de afstamming van de minderjarige. De rechtbank heeft de beslissing aangehouden tot 1 september 2017, in afwachting van het rapport van het IJI.