ECLI:NL:RBDHA:2017:7231

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
3 juli 2017
Publicatiedatum
3 juli 2017
Zaaknummer
NL17.3188
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak

Op 3 juli 2017 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, een vreemdeling met een V-nummer, had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie op 14 juni 2017 was afgewezen. De staatssecretaris verklaarde de aanvraag niet-ontvankelijk, waarop verzoeker beroep instelde tegen dit besluit en tevens verzocht om een voorlopige voorziening.

De zitting vond plaats op 27 juni 2017, waar zowel verzoeker als verweerder zich lieten vertegenwoordigen door hun gemachtigden, mr. K. Yousef en mr. B. van Beers. De rechtbank heeft in een eerdere uitspraak (NL17.3187) het beroep in de bodemzaak ongegrond verklaard. Aangezien het beroep ongegrond is verklaard, was er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft daarom het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen.

De uitspraak is gedaan door mr. M.M. Meijers, in aanwezigheid van griffier mr. D.D. van Loopik, en is openbaar uitgesproken op dezelfde datum. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.

Uitspraak

REchtbank DEN Haag

Bestuursrecht
zaaknummer: NL17.3188
uitspraak van de voorzieningenrechter van 3 juli 2017 op het verzoek om een voorlopige voorziening van

[verzoeker] , verzoeker, V-nummer [vreemdelingennummer]

(gemachtigde: mr. K. Yousef),
tegen

de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, verweerder

(gemachtigde: mr. B. van Beers).

Procesverloop

Bij besluit van 14 juni 2017 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd als bedoeld in artikel 28 van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw 2000) niet-ontvankelijk verklaard.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Ook heeft verzoeker de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 27 juni 2017. Verzoeker en verweerder hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van heden heeft de rechtbank het beroep in de bodemzaak waarover dit verzoek om een voorlopige voorziening gaat ongegrond verklaard (NL17.3187).
2. Omdat de rechtbank het beroep ongegrond heeft verklaard, is geen voorlopige voorziening meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening daarom af.
3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M.M. Meijers, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. D.D. van Loopik, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 3 juli 2017.

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.