Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Procedure
- de dagvaarding van 11 oktober 2016 met producties,
- de conclusie van antwoord met producties,
- de conclusie van repliek tevens houdende akte verandering van eis met producties,
- de conclusie van dupliek.
2.Feiten
We betalen uw nota helaas niet.
nu door deze bepaling afwijkt van datgene wat wettelijk is bepaald. Vide ook artikel 7:943 lid 2 BW.”
U bent tevens verplicht om in voorkomende gevallen de originele nota’s binnen twaalf maanden na afloop van het kalenderjaar, waarin de behandeling heeft plaatsgevonden, bij ons in te dienen. Bepalend daarbij is de behandeldatum en/of de datum van de levering van de zorg zoals vermeld op de nota, en niet de datum waarop de nota is uitgeschreven. In het geval de nota betrekking heeft op een DBC (diagnose behandel combinatie, kantonrechter) die is aangevangen voor de einddatum van de basisverzekering worden de hiermee verband houdende kosten geacht te zijn gemaakt in de periode waarin de basisverzekering van toepassing is.
U heeft aanspraak op zorg c.q. vergoeding van kosten van zorg uit de Zorgverzekeringswet, het Besluit zorgverzekering en de Regeling zorgverzekering. De inhoud en omvang van deze zorg staat beschreven in deze wetten. Bepalend is de behandeldatum en/of datum van de leverantie zoals vermeld op de nota en niet de datum waarop de nota is uitgeschreven. Wanneer een behandeling in de vorm van een DBC-tarief wordt gedeclareerd, is het moment van aanvang van de behandeling bepalend.”
Als u zorg wenst van een zorgverlener of instelling met wie/ waarmee wij geen overeenkomst hebben afgesloten en wij voldoende zorg hebben ingekocht die tijdig kan worden geleverd heeft u recht op een (gedeeltelijke) vergoeding van de kosten. Deze vergoeding kan lager zijn dan bij een door ons gecontacteerde zorgverlener. Per aanspraak c.q. vergoeding beschrijven wij, wanneer van toepassing, de lagere vergoeding en/ of de eigen betaling die u verschuldigd bent. (…)”
Verplichting: binnen een bepaalde tijd declareren
3.Vordering
4.Verweer
5.Beoordeling
3 jaren na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de tot uitkering gerechtigde met de opeisbaarheid daarvan bekend is geworden(cursivering kantonrechter). Met [eiser] is de kantonrechter van oordeel dat hij eerst bij ontvangst van de factuur van CAT op of omstreeks 9 oktober 2013 met de opeisbaarheid daarvan bekend is geworden. [eiser] heeft de declaratie vervolgens op 10 september 2015 en derhalve binnen de genoemde termijn van drie jaren bij Zilveren Kruis ingediend en dat betekent dat het beroep op verjaring van Zilveren Kruis niet slaagt.