Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.Procesverloop
- de inleidende dagvaardingen van 15 maart 2016 met de bijbehorende betekeningsstukken en vertalingen;
- de op de rolzitting van 11 mei 2016 zijdens Scotch & Soda in het geding gebrachte (map met) producties S01 t/m S10 (toegezonden door mr. Van Eek bij brief van 2 mei 2016);
- de conclusie van antwoord zijdens Esprit c.s. van 11 mei 2016;
- het tussenvonnis van 17 augustus 2016 waarbij een comparitie van partijen is gelast;
- de brief van mr. Van Eek van 4 november 2016 houdende toezending van (een map met daarin) producties S11 t/m S13, alsmede een aanvulling op prod. S10;
- de brief van mr. Van Eek van 17 november 2016 houdende toezending aanvullende producties S14 en S15;
- de akte overlegging productie zijdens Esprit.c.s. d.d. 18 november 2016 (toegezonden door mr. Odink bij brief van 14 november 2016);
- de pleitaantekeningen van mr. Van Eek en mr. Odink ten behoeve van de comparitie van partijen d.d. 18 november 2016;
- het proces-verbaal van de comparitie van partijen d.d. 18 november 2016;
- de brief van mr. Van Eek d.d. 9 december 2016 met opmerkingen naar aanleiding van dit proces-verbaal;
2.Feiten
www.esprit.comen
www.esprit.nl,
www.esprit.deen
www.esprit.frtoegankelijk is. De moedervennootschap en het hoofdkantoor van het concern zijn gevestigd te Hong Kong.
www.esprit.nlte worden aangeboden.
www.esprit.comnog steeds werd aangeboden. Voorts heeft zij de jas in januari 2016 aangetroffen in een Esprit-winkel in Parijs en in Berlijn. Ten bewijze hiervan heeft zij in beide winkels een aankoop gedaan. De in dat verband opgemaakte kassabonnen staan op naam van Esprit de Corp respectievelijk Esprit Retail.
3.Het geschil
www.esprit.com. Dit alles te versterken met diverse dwangsommen, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad en (VII) met veroordeling van Esprit c.s. in de volledige proceskosten op de voet van artikel 1019h van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv).
4.Beoordeling
Bevoegdheid
www.esprit.comen de daaraan gerelateerde nationale websites.
Nederland
de markt is overspoeld met donsjassen met fluoriserende capuchons die dichtgesnoerd kunnen worden”, maar hieraan moet reeds voorbij worden gegaan nu gesteld noch gebleken is dat dit laatste reeds ten tijde van de creatie van Scotch-jas het geval was en dat de getoonde voorbeelden toen ook al op de markt waren. Op de Scotch-jas rust derhalve auteursrecht.
Frankrijk
contrat de louage d’ouvrage”) niet afdoet (“
n’emporte pas derogation”) aan het absolute recht (“
droit de propriété incorporelle et opposable à tous”) dat aan de maker van een werk toekomt. Gegeven dit uitgangspunt had het dan ook op de weg van Scotch & Soda gelegen om onder aanvoering van de daarvoor relevante feiten en omstandigheden nader uiteen te zetten dat en waarom het auteursrecht naar Frans recht in afwijking daarvan bij haar is komen te berusten. Nu zij dit heeft nagelaten, heeft zij niet voldaan aan haar stelplicht en moet haar stelling dat zij (ook) in Frankrijk als auteursrechthebbende heeft te gelden, dan ook als onvoldoende onderbouwd worden verworpen. Bewijslevering is bij die stand van zaken niet aan de orde.
Duitsland
“Uhrheber”) en dit auteursrecht is ingevolge §29 UrhG niet overdraagbaar (
“Das Urheberrecht ist nicht übertragbar….”). Wel kan de rechthebbende aan anderen een al dan niet exclusief exploitatierecht (
“Nutzungsrecht”) verschaffen (§31 UrhG), waarbij hij op grond van §32 UrhG aanspraak heeft op een passende vergoeding (
“Angemessene Vergütung”). Blijkens §43 geldt dit in beginsel ook als de maker het werk heeft gecreëerd in de vervulling van een arbeids- of dienstbetrekking. Nu in dit geding vaststaat dat [A] de Scotch-jas in loondienst heeft ontworpen, valt in het licht van deze wettelijke regeling niet in zien dat het auteursrecht op deze jas bij Scotch & Soda berust. Ook hier had het daarom op de weg van Scotch & Soda op de weg gelegen om onder aanvoering van de daarvoor relevante feiten en omstandigheden nader te motiveren dat en waarom zij (ook) naar Duits recht als de auteursrechthebbende valt aan te merken. Dit heeft zij niet gedaan, zodat haar stelling dat zij auteursrechthebbende op de Scotch-jas is, ook voor Duitsland als onvoldoende onderbouwd moet worden verworpen.
Overige landen in Europa
www.esprit.comen
www.esprit.nl) met de Esprit-jas in Nederland inbreuk maken op het auteursrecht van Scotch & Soda op de Scotch-jas. Dit brengt ten aanzien van de ingestelde vorderingen het volgende mee.
assurancein en het is inmiddels genoegzaam bekend dat een registeraccountant, zeker als dat de huisaccountant is van degene die opgave dient te doen, die zekerheid op grond van zijn beroepsregels niet kan geven. Toewijzing zou dan ook al snel tot executieproblemen kunnen leiden. Een minder verstrekkende opdracht tot het maken van een ‘rapport van feitelijke bevindingen’ biedt geen extra zekerheid omdat de accountant daarin volgens zijn gedragsregels geen conclusies mag trekken. Gelet op deze zeer beperkte zekerheid die een accountant aldus kan geven in aanvulling op de ter staving van de opgave te verstrekken bescheiden en naast de op te leggen dwangsom, rechtvaardigt dat niet de aanzienlijke kosten die met het inschakelen van een accountant gemoeid zullen zijn. [4]