AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Brandstichting en diefstal in Alphen aan den Rijn met medeplegen
Op 18 juli 2017 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van brandstichting en diefstal. De zaak betreft een incident dat plaatsvond op 18 december 2016 in Alphen aan den Rijn, waar de verdachte samen met een medeverdachte een rookbom heeft gemaakt, wat leidde tot een brand in een flatwoning. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte opzettelijk brand heeft gesticht, wat gemeen gevaar voor de aangrenzende percelen en levensgevaar voor de bewoners met zich meebracht. De verdachte heeft samen met de medeverdachte een mengsel van suiker en andere stoffen bereid, wat resulteerde in een brand die aanzienlijke schade veroorzaakte en leidde tot de evacuatie van tientallen bewoners. De rechtbank oordeelde dat er sprake was van medeplegen, aangezien de verdachte en de medeverdachte samenwerkten bij het maken van de rookbom. De rechtbank heeft de verdachte ook schuldig bevonden aan diefstal van een mobiele telefoon op 11 december 2016. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 20 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, maar de rechtbank legde uiteindelijk een gevangenisstraf van 404 dagen op, waarvan 360 dagen onvoorwaardelijk en 120 dagen voorwaardelijk, alsook een taakstraf van 240 uur. Daarnaast werd de verdachte veroordeeld tot schadevergoeding aan de benadeelde partijen.
Voetnoten
1.Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Waar wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal met het nummer PL1500-2016350290, van de politie eenheid Den Haag, district Alphen aan den Rijn - Gouda, met bijlagen (doorgenummerd blz. 1 t/m 310).
2.Proces-verbaal van bevindingen, blz. 28-31.
3.Proces-verbaal van bevindingen, blz. 245-246.
4.Proces-verbaal van bevindingen, blz. 235.
5.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte], blz. 119.
6.Proces-verbaal van bevindingen, blz. 150-155.
7.Verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 4 juli 2017.
8.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] blz. 114.
9.Verklaring van verdachte [medeverdachte], afgelegd bij de rechter-commissaris op 17 maart 2017.
10.Een ander geschrift, te weten het rapport van het Nederland Forensisch Instituut, blz. 253-264.
11.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] blz. 114.
12.Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte], blz. 116-124.
13.Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt - tenzij anders vermeld - bedoeld een ambtsedig proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door (een) daartoe bevoegde opsporingsambtena(a)r(en). Waar wordt verwezen naar dossierpagina’s, betreft dit de pagina’s van het proces-verbaal met het nummer PL1500-2016348545, van de politie eenheid Den Haag, district Alphen aan den Rijn - Gouda, met bijlagen (doorgenummerd blz. 1 t/m 25).