Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
2.Het incident tot tussenkomst, dan wel voeging
3.De feiten
3.Voorwaarden bij de aanbesteding
Dit hoofdstuk beschrijft welke voorwaarden van toepassing zijn op deze aanbesteding. Door het indienen van een Inschrijving stemt de Inschrijver in met alle voorwaarden - waaronder (maar niet beperkt tot) - de voorwaarden in dit hoofdstuk.
Inschrijven op maximaal 5 Percelen
Proactief handelen Inschrijver
Vertrouwelijkheid
Karakter termijnen
5.Gunningscriteria
Dit hoofdstuk beschrijft de Gunningscriteria en geeft aan welke informatie een Inschrijver moet opleveren en de wijze waarop de Opdrachtgever deze informatie beoordeelt.
Aangeboden werkwijze en onderbouwing
Aangeboden werkwijze en onderbouwing
(…)
1.Bepalen van de ongewogen score per Gunningscriterium
Het doel dat de Opdrachtgever met de beoordeling wil bereiken, is dat Inschrijvers die een hoge kwaliteit bieden daarvoor worden beloond.
2.Berekenen van de eindscore en omgang met gelijke eindscores
Werkwijze voor een snelle en betrouwbare herkenning van Debiteuren die geen verhaal (meer) biedenEen beknopte omschrijving van dewerkwijzewaarmee u bepaalt of een nieuwe of bestaande Debiteur geen verhaal (meer) biedt. Als onderdeel van uw werkwijze wordt u gevraagd in ieder geval aan te geven:
- Welke kenmerken of criteria voor verhaalbaarheid u hanteert (in aanvulling op de hierboven genoemde kenmerken en criteria),
- Op welke wijze en volgens welke stappen u de verhaalbaarheid toetst,
- Op welk moment (of op welke momenten) u deze toets uitvoert,
- Welke informatie u hierbij gebruikt en welke informatiebronnen u hiervoor raadpleegt,
- Hoe u 'oneigenlijke' niet-kunners die wél kunnen betalen identificeert en
- In hoeverre Debiteuren de mogelijkheid wordt geboden om zelf aan te tonen dat zij geen verhaal (meer) bieden.
2.Onderbouwing van de effecten van de aangeboden werkwijze
G2: Persoonsgericht incasseren bij Debiteuren die niet direct (het hele bedrag) kunnen betalen
Werkwijze voor persoonsgericht incasseren bij Debiteuren die niet direct (het hele bedrag) kunnen betalenEen beknopte omschrijving van dewerkwijzevan incasseren waarmee u voor Debiteuren die niet direct (het hele bedrag) kunnen betalen, toch een effectief incassoproces weet vorm te geven op basis van een persoonsgerichte aanpak. Als onderdeel van uw werkwijze wordt u gevraagd om in ieder geval aan te geven:
- Welkepersoonsgerichtehandelingen u in welke volgorde verricht (bijvoorbeeld bezoek aan huis, schriftelijke communicatie op passend taalniveau, sms-diensten),
- Welke technieken of competenties u hierbij inzet (bijvoorbeeld nudging, motiverende gespreksvoering),
- Welke maatwerkproducten u aan Debiteuren kunt bieden (bijvoorbeeld diverse betalingsregelingen),
- In welke gevallen c.q. voor welke doelgroep(en) deze maatwerkproducten effectief zijn en
- Hoe u omgaat met onvoorziene omstandigheden bij de Debiteur (dit kan tot uiting komen als een Debiteur niet voldoet aan de voorwaarden van een met u overeengekomen betalingsregeling, bijvoorbeeld door één of meerdere termijnen niet te betalen omdat de Debiteur een onverwacht grote uitgave moet doen).
2.Onderbouwing van de effecten van de aangeboden werkwijze
Het beoordelingsteam heeft alle in het beschrijvend document genoemde (sub)elementen bij de beoordeling betrokken;
De voorbeelden die bij de beoordelingsresultaten worden genoemd dienen ter illustratie van het desbetreffende punt en zijn derhalve niet limitatief;
De manier waarop de scores zijn berekend, is niet herhaald in de bijlage. Hiervoor wordt verwezen naar het beschrijvend document, waarin de wijze van berekenen in detail is beschreven.
4.Het geschil
5.De beoordeling van het geschil
"Persoonsgericht incasseren bij Debiteuren die niet direct (het gehele bedrag) kunnen betalen"betreft. Bezwaren tegen het beoordelings
systeem, alsmede de verdere opzet van de aanbestedingsprocedure, kunnen in dit geding niet meer aan de orde komen. Dienaangaande diende - op straffe van verval van recht - uiterlijk binnen tien dagen na de publicatie van de 6e Nota van Inlichtingen een kort geding aanhangig te zijn gemaakt. In een tweetal, binnen die periode aanhangig gemaakte, kort gedingprocedures zijn dergelijke bezwaren ongegrond verklaard. In één van die zaken was B&S overigens betrokken.
marginalermocht worden uitgewerkt. Daar komt bij dat is gebleken dat B&S in het kader van haar onderbouwing op verschillende plaatsen - door middel van voetnoten - verwijst naar publicaties, zonder expliciet duidelijk te maken wat de relevantie daarvan is voor (de effectiviteit van) haar werkwijze. Dit laatste had wel van B&S mogen worden verwacht. Zij mocht in ieder geval niet ervan uitgaan dat die relevantie - zonder meer - duidelijk zou zijn voor de leden van de beoordelingscommissie (ongeacht hun deskundigheid) en dat de enkele verwijzing naar die publicaties, zonder nadere toelichting, de meerwaarde van haar inschrijving zou aantonen. Dat klemt te meer nu Syncasso op de zitting onbetwist heeft aangevoerd dat de betreffende publicaties slechts een algemene strekking hebben. Overigens heeft B&S de publicaties ook zonder nadere toelichting in het geding gebracht, zodat de voorzieningenrechter zich evenmin een oordeel kan vormen voor de relevantie ervan.
Proactief handelen Inschrijver)is opgenomen, komt B&S een beroep daarop niet meer toe. Om diezelfde reden kan de stelling van B&S dat in het BD geen nadere uitwerking is gegeven van de
rapportcijfers(dagv. sub 79) haar niet baten.
kunnen beschrijven in welke gevallen c.q. voor welke doelgroepen de maatwerkproducten effectief zijn, terwijl zij ervan mocht uitgaan dat er slechts één doelgroep is, te weten de debiteuren die niet direct (het gehele bedrag) kunnen betalen. Deze laatste groep vormt echter de totale doelgroep. Daaronder bevinden zich verschillende (sub)doelgroepen ten aanzien waarvan verschillende maatwerkproducten mogen worden verwacht. In het BD is in paragraaf 5.2.2 ook uitdrukkelijk gevraagd om aan die (sub)doelgroepen aandacht te besteden bij de inschrijving. Op deze (sub)doelgroepen heeft voormeld citaat uit de gunningsbeslissing betrekking.
"anoniem en neutraal format"zonder
"direct herleidbare informatie als een logo, bedrijfsnaam, namen van werknemers, et cetera". In de eerste Nota van Inlichtingen is toegelicht dat met dit vereiste is voorgeschreven dat inschrijvers hun inschrijving indienen op
"neutraal papier zonder enige verwijzing naar het kantoor etcetera"waarmee wordt
"geborgd dat de inschrijvingen "blind" worden beoordeeld". Uit de verwijzing naar de woorden "format" en "papier" kan worden afgeleid dat zichtbare verwijzingen naar de inschrijver in de tekst zelf en in de verdere opmaak daarvan (zoals in de koptekst, de voettekst en het logo) moeten worden vermeden. Daarbij moet het dan ook nog gaan om
directherleidbare informatie die achterwege moet worden gelaten. Het strekt te ver om op basis hiervan aan te nemen dat inschrijvers actief bepaalde metadata van het bestand zouden hebben moeten verwijderen of wijzigen, bij gebreke waarvan hun inschrijving ongeldig zou zijn. Indien dat zou zijn vereist, had dit uitdrukkelijk voorgeschreven moeten worden en dat is niet geschied. Daar komt bij dat de blinde beoordeling in de praktijk ook daadwerkelijk is gewaarborgd, nu de leden van de beoordelingscommissie alleen de beschikking hebben gekregen over de tekst van de uitwerkingen in PDF-vorm, terwijl concrete aanwijzingen dat de leden van de beoordelingscommissie hebben getracht de oorspronkelijke auteur van de tekst te achterhalen zijn gesteld noch gebleken.
de weggelaten gedeelten van de(aan Syncasso verstrekte)
dagvaardingniet van belang zijn voor de beslissing, is een voortgezette behandeling, zoals bedoeld onder 1.3. niet aan de orde.