Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
Cariphy genoemd worden. Waar nodig zullen eiseressen afzonderlijk worden aangeduid als IPPZ en Karify. De zaak is voor partijen behandeld door hun advocaten voornoemd.
1.De procedure
- de dagvaarding van 18 mei 2015, met producties 1 tot en met 16;
- de conclusie van antwoord van 9 september 2015, met producties 1 tot en met 7;
- het tussenvonnis van 7 oktober 2015 waarbij een comparitie van partijen is bevolen;
- de op 4 november 2015 ingekomen aanvullende productie 17 (proceskostenoverzicht ex artikel 1019h Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv)) van IPPZ c.s.;
- de op 4 november 2015 ingekomen aanvullende producties 8 en 9 (waaronder een proceskostenoverzicht ex artikel 1019h Rv) van Cariphy;
- de op 17 november 2015 ingekomen aanvullende productie 18 van IPPZ c.s.;
- de op 17 november 2015 ingekomen aangepaste productie 9 (proceskostenoverzicht) van Cariphy;
- het proces-verbaal van de comparitie van partijen van 19 november 2015;
- het emailbericht van 2 december 2015 van mr. Bennink met opmerkingen over het buiten aanwezigheid van partijen opgemaakte proces-verbaal van de comparitie van partijen;
- de brief van 11 december 2015 van mr. De Boer met opmerkingen over (voornoemd emailbericht van mr. Bennink ten aanzien van) het buiten aanwezigheid van partijen
vermeerdering van de grondslag van de vorderingen wegens strijd met een goede procesorde niet toegestaan.
2.De feiten
IPPZ c.s.
28 augustus 2013.
Patiënten ontvangen door Healthspaces zorg op maat en vinden aanbod endiensten sneller. Karify maakt het voor uw organisatie mogelijk zorgprocessenanders vorm te geven en e-health eenvoudig te verweven met bestaande zorg. Met Karify bespaart uw organisatie tijd en verbetert u efficiëntie en de service naar de patiënt.”
Bent u een gezondheidscentrum, ziekenhuis, GGZ-Instelling, zelfstandig psycholoog, therapeut, huisarts, diëtiste of fysiotherapeut dan is Karify voor u. Kies het plan dat past bij uw organisatie voor het maken en aanbieden van zorg vanuit uw eigen Healthspace(s).”
- het Benelux woordmerk KARIFY, gedeponeerd op 6 september 2012, ingeschreven onder nummer 0925311,
- het Benelux beeld/woordmerk
, ingediend op 21 mei 2014 en ingeschreven op 24 oktober 2014 onder nummer 012894309,
software op de markt voor de health en fitness branche (hierna: de Cariphy-software). De Cariphy-software biedt aan professionals binnen die branche (personal trainers, sportschoolhouders en eerstelijns fysiotherapeuten) oefeningen met trainingsschema’s ten behoeve van de instructie en begeleiding van de cliënten en cliënt- en agendabeheer, in de toekomst
mogelijk nog uit te breiden met onder meer voedingsschema’s. Op de website van Cariphy wordt het volgende over de Cariphy-software geschreven:
Het Cariphy team werkt zich elke dag in het zweet om te begrijpen hoe health en fitness professionals het prettigst werken. In de toekomst wil Cariphy het meest complete softwarepakket voor health en fitness professionals kunnen bieden.”
Cariphy maakt het voor health en fitness professionals mogelijk om makkelijk en efficiënt te werken. Onze software is ontwikkeld door een team van (medisch) personal trainers, fysiotherapeuten en voedingsdeskundigen.”
onder meer (het ontwikkelen van) software (klassen 9 en 42) en medische dienstverlening (klasse 44).
KARIFY te staken. Cariphy heeft het gebruik van haar merk niet gestaakt.
inschrijving van het Uniewoordmerk CARIPHY ingezet op basis van haar oudere Benelux woordmerk KARIFY. De vordering is bij beslissing van 1 oktober 2015 afgewezen omdat IPPZ niet (tijdig) een Engelse vertaling van een door haar overgelegd Kamer van Koophandel-uittreksel had ingediend. IPPZ is van deze beslissing in beroep gegaan.
3.De vorderingen en het verweer
ontstaan. Cariphy maakt aldus inbreuk op de merken van IPPZ in de zin van artikel 9 lid 1 onder b GMVo [1] en artikel 2.20 lid 1 onder b BVIE [2] . Tevens drijft Cariphy haar onderneming onder een handelsnaam die op verwarringwekkende wijze overeenstemt met de
handelsnaam Karify, respectievelijk met de merken van IPPZ. Aldus handelt Cariphy ook in strijd met artikel 5, respectievelijk artikel 5a van de Handelsnaamwet (Hnw) en daarmee
onrechtmatig jegens IPPZ c.s.
gegronde vorderingen van IPPZ c.s. ingebracht dat door het gebruik van het teken bij het in aanmerking komende publiek geen verwarring kan ontstaan, inhoudende het gevaar van
associatie met de merken, nu geen overeenstemming bestaat tussen het teken en de merken, de Cariphy-software en de Karify-software mede vanwege de verschillen in functionaliteit totaal verschillende producten zijn en Cariphy enerzijds en IPPZ c.s. anderzijds zich op
verschillende doelgroepen (consumenten en professionals buiten de medische sector respectievelijk zorgverleners) richten, waarbij ook in aanmerking moet worden genomen dat de merken geen sterke onderscheidingskracht hebben en dat het relevante publiek van complexe software een hoog aandachtsniveau zal hebben.
4.De beoordeling
datum dagvaarding nog) Gemeenschapsmerken, is de rechtbank bevoegd daarvan kennis te nemen op grond van artikel 95 lid 1, 96 aanhef en onder a en 97 lid 1 jo. 98 lid 1 aanhef en onder a van de Uniemerkenverordening (UMVo) [3] in combinatie met artikel 3 van de Uitvoeringswet EG-verordening inzake het Gemeenschapsmerk, aangezien Cariphy gevestigd is in Nederland. Voor zover de vorderingen zijn ingesteld ter zake van gestelde inbreuk op Benelux-merken is deze rechtbank internationaal bevoegd daarvan kennis te nemen op grond van artikel 4.6 lid 1 BVIE. De rechtbank is op grond van laatstgenoemd artikel ook relatief bevoegd omdat de gestelde inbreuk (ook) in het arrondissement Den Haag plaatsvindt. Voor zover de vorderingen zijn gebaseerd op de Handelsnaamwet, althans onrechtmatige daad, is deze rechtbank bevoegd reeds omdat de bevoegdheid niet is bestreden.
diensten (directe of indirecte) verwarring kan ontstaan. De vraag of gevaar voor verwarring bestaat moet globaal worden beoordeeld volgens de indruk die merk en teken bij de gemiddelde consument van de betrokken waren of diensten achterlaten, met inachtneming van alle
relevante omstandigheden van het geval, waaronder met name de onderlinge samenhang tussen de mate van overeenstemming (gelijkenis) tussen het merk zoals dat is ingeschreven en het teken zoals dat wordt gebruikt en de mate van soortgelijkheid van waren of diensten waarvoor het merk is ingeschreven en die onder het teken worden aangeboden. Om de mate van overeenstemming tussen een merk en een teken te beoordelen moet de mate van visuele, auditieve en begripsmatige gelijkenis worden vastgesteld, alsmede in voorkomend geval het aan deze verschillende elementen te hechten belang, uitgaande van het min of meer vage herinneringsbeeld dat bij het relevante publiek blijft hangen. Daarbij moet in het bijzonder rekening worden gehouden met de onderscheidende en dominerende bestanddelen van het merk en het teken en in aanmerking worden genomen dat punten van overeenstemming zwaarder wegen dan punten van verschil. Voorts dient rekening te worden gehouden met het onderscheidend vermogen van het merk.
de gemiddelde consument en het aandachtsniveau
teken en een merk, van soortgelijkheid van waren en diensten en van verwarringsgevaar moet worden uitgegaan van de perceptie van het relevante publiek. Dat publiek bestaat uit de gemiddeld geïnformeerde, omzichtige en oplettende gewone consument van de betrokken categorie van waren of diensten. Dat is in het onderhavige geval niet het grote publiek maar zijn professionele partijen.
professionals), maar bij gelegenheid van de comparitie van partijen heeft zij gesteld dat alleen
professionalsiets met de software kunnen, hetgeen strookt met de onder 2.5 aangehaalde passages op haar website. De rechtbank gaat er daarom vanuit dat Cariphy net zo goed als IPPZ c.s. bij het verhandelen van de software enkel te maken heeft met professionele partijen.
personal trainersniet als professionele zorgaanbieders kunnen worden aangemerkt, maken die
professionalsgeen deel uit van het in aanmerking te nemen publiek. Het in aanmerking te nemen publiek bestaat aldus uit professionele partijen in de zorg, waaronder fysiotherapeuten.
professionalsdie interesse hebben in de Cariphy-software die software impulsief kunnen aanschaffen. Dat duidt niet op een grote mate van oplettendheid bij professionele partijen bij de aanschaf van de in het geding zijnde software en onderstreept dat ook deze
professionalsaf kunnen gaan op het onvolmaakte beeld dat bij hen is achtergebleven. De rechtbank gaat daarom met IPPZ c.s. uit van een gemiddeld aandachtsniveau van het relevante publiek.
overeenstemming tussen de merken en het teken
terrify’ maar dan beginnend met de k-klank). Als het al zo is, zoals Cariphy zonder enige onderbouwing aanvoert, dat het verschil in aantal letters tussen KARIFY en CARIPHY of het verschil tussen de ‘k’ en de ‘c’, althans de ‘f’ en de ‘ph’, een andere Engelstalige uitspraak van de merken ten opzichte van het teken meebrengt, dan is dat verschil zo marginaal dat nog steeds kan worden gesproken van volledige auditieve overeenstemming.
social mediaen advertenties plaatst in sportgerelateerde vakbladen. Dat werpt de vraag op of voornoemde auditieve overeenstemming wordt geneutraliseerd door visuele en/of begripsmatige verschillen.
connecting care’) ‘
care’zal meelezen in KARIFY. Tussen partijen is niet in geschil dat IPPZ c.s. net als Cariphy voornamelijk communiceert door middel van haar logo met voornoemde toevoeging. Daarbij neemt de rechtbank ook in aanmerking dat het relevante publiek van de Karify-software
professionalsin de zorg zijn, die goed bekend zijn met de Engelse taal en waarin de Engelse taal gangbaar is. In die zin gaat de rechtbank voorbij aan het standpunt van Cariphy dat het relevante publiek het merk KARIFY anders dan het teken CARIPHY ‘op zijn Nederlands’ zal uitspreken (als ‘ka-ri-fie’).
‘care’, en verwerpt aldus het verweer van Cariphy dat het relevante publiek geen Nederlands of Engels woordelement uit merk of teken zou distilleren. Wat betreft KARIFY legt IPPZ c.s. in de wijze waarop zij haar merken vooral gebruikt (vergelijk r.o. 2.4, met de toevoeging
‘connecting care’), een nadrukkelijk verband met de zorg. In elk geval een belangrijk deel van het publiek zal daarom de ‘KAR’ in KARIFY opvatten als verwijzing naar ‘
care’. Dat geldt te meer nu het hiervoor gedefinieerde publiek juist uit zorgprofessionals bestaat. De wervende tekst van Cariphy op haar website (vergelijk r.o. 2.5, onder meer ‘
health professional’) legt het verband met de zorg weliswaar implicieter, maar nog steeds voldoende duidelijk voor het relevante publiek. Dit wordt versterkt doordat bij het uitspreken van het woord ‘Cariphy’ op Engelse wijze (zoals het publiek dat volgens Cariphy zal doen), de klank van het woord ‘
care’wordt opgewekt. In die zin is dus sprake van volledige begripsmatige overeenstemming tussen (de begindelen van) merk en teken.
soortgelijkheid van de waren en diensten
-professionalmet in de software opgenomen modules (behandelingen c.q. trainingen) ondersteunt bij de daadwerkelijke begeleiding van de individuen die zich tot hem of haar wenden. Voor zover al juist is dat software en het daarmee koppelen van informatie aan een klant niet kan leiden tot de slotsom dat sprake is van soortgelijkheid, valt niet in te zien, en dat heeft Cariphy ook niet gesteld, dat de eigenschap van ondersteuning van de zorg-
professionalbij de daadwerkelijke begeleiding datzelfde lot zou delen. Alhoewel vast staat dat tussen de Karify-software en de Cariphy-software verschillen in functionaliteit bestaan, kennen de beide software-producten aldus wezenlijke overeenkomsten.
health professionalsen niet – zoals IPPZ c.s. – op tweedelijns fysiotherapeuten die in ziekenhuizen, verpleeghuizen en revalidatiecentra werken, wordt dat betoog gepasseerd. Daargelaten de vraag of een dergelijke strikte scheiding voor fysiotherapeuten in werkelijkheid bestaat, is onder 4.6 al overwogen dat uit de stellingen van Cariphy zelf volgt dat ook eerstelijns fysiotherapeuten zich met zorg (kunnen) bezig houden, met de huisarts als verwijzer. Het is niet voor niets (zoals staat in de tekst op haar website, zie 2.5) dat de Cariphy-software is ontwikkeld “door een team van (medische)
professionals” naast verwijzingen in die tekst naar
health professionals. Naar het oordeel van de rechtbank valt het via de Cariphy-software aanbieden van oefenschema’s door fysiotherapeuten aan individuen met (lichte) klachten daarom binnen de categorie medische dienstverlening. Cariphy heeft haar eigen merk overigens ook ingeschreven voor die warenklasse.
gevaar voor verwarring
personal trainers, begrijpt de rechtbank ook aldus dat de klantenkring van Cariphy een zodanig andere klantenkring is dan die van IPPZ c.s., dat van verwarring bij het in aanmerking komende publiek geen sprake kan zijn. De rechtbank verwerpt dit betoog. Dat in de zorg alleen tweedelijns fysiotherapeuten werkzaam zijn, en onder het Cariphy-publiek zich slechts eerstelijns fysiotherapeuten zouden bevinden, zoals Cariphy stelt, betekent immers niet dat, zoals IPPZ c.s. onbestreden heeft gesteld, de producten/diensten van IPPZ c.s. en Cariphy niet bij dezelfde behandelaar, in casu een fysiotherapeut, terecht kunnen komen.
professionalsniet weg dat dit vakmatige publiek bij de in het geding zijnde software te kampen kan hebben met een vaag herinneringsbeeld van de merken en het teken. Gezien de overeenstemming tussen de merken en het teken en de soortgelijkheid van de betrokken waren, zijn de door Cariphy benadrukte verschillen in functionaliteit van de beide software-producten van onvoldoende gewicht om op zichzelf gevaar voor verwarring weg te nemen.
inbreuk
Second Board of Appealvan het EUIPO bij beslissing van 15 juli 2016 de beslissing van 1 oktober 2015 van de
Cancellation Division(zie 2.9) heeft vernietigd en de zaak heeft terugverwezen. Ook is het de rechtbank ambtshalve bekend dat de
Cancellation Divisionbij beslissing van 25 januari 2017 het merk CARIPHY nietig heeft verklaard voor goederen en diensten in – onder meer – de klassen 9, 42 en 44. Deze beslissing - die anders dan in de onderhavige zaak gaat over de geldigheid van het merk CARIPHY – is voor de uitkomst in deze zaak niet relevant.
personale trainers, zie 4.5) aan de orde gesteld onder het teken Cariphy, althans het drijven van een onderneming onder die naam. Aangezien (dreiging van) enige andere inbreuk niet is gesteld of gebleken, zullen de verboden dienovereenkomstig worden beperkt.
gemaakte kosten, en levert daarom voor alle kosten, ook voor eventuele nakosten, een executoriale titel op (zie HR 19 maart 2010, NJ 2011, 237 en nog eens herhaald in HR 14 februari 2014, NJB 2014, 421). Een aparte veroordeling in de nakosten als gevorderd naast de kostenveroordeling blijft dan ook achterwege.