Uitspraak
1.LBIO,
2. HJF Advocaten,
3. Autohaag Zeeuw B.V.,
4. Hoist Portfolio Holdings LTD,
5. UWV,
1.De procedure
2.De feiten
€ 58.191,35, € 422,72 en € 1.820,14, zijnde 60,4 %, 0,4 % en 1,9 % van de totale schuldenlast. Voor de vordering van € 58.191,35 is het UWV wel akkoord gegaan met het door verzoeker aangeboden voorstel.
3.Standpunt van de partijen
rechtbank kenbaar gemaakt.
4.De beoordeling
alleschuldeisers met een minnelijk schuldregeling (dienen) in (te) stemmen. Wel doet dit de situatie ontstaan dat één van de schuldeisers een minnelijke regeling kan doorkruisen en verhaal kan zoeken voor haar volledige vordering. Hiervan uitgaande brengt dit eveneens een situatie teweeg waarin niet alle schuldeisers gelijk worden behandeld. Indien één schuldeiser voor haar volledige vordering verhaal kan zoeken, is bovendien aannemelijk dat ten behoeve van de andere schuldeisers het hen voorgehouden betalingspercentage niet kan worden gerealiseerd. Dit alles maakt dat de rechtbank het verzoek voor zover dit zich tegen Hoist en het UWV richt eveneens afwijst.
5.De beslissing
12 september 2018 in tegenwoordigheid van A.S. Snel, griffier.