ECLI:NL:RBDHA:2018:11254
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van een verzoek tot instemming met een schuldregeling in het kader van de schuldsanering
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 9 juli 2018 uitspraak gedaan in een verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling en een bijbehorend verzoek tot instemming met een schuldregeling. Verzoeker, die een totale schuld van € 60.157,14 heeft aan 16 schuldeisers, heeft een schuldregeling aangeboden waarbij aan preferente en concurrente schuldeisers respectievelijk 4,72% en 2,36% van hun vorderingen wordt uitgekeerd. De mondelinge behandeling vond plaats op 25 juni 2018, waarbij verweerster, JRVastgoedbeheer, niet verschenen was. De rechtbank heeft vastgesteld dat de andere schuldeisers wel instemden met de aangeboden regeling, en dat verweerster in redelijkheid niet tot haar weigering van instemming heeft kunnen komen. De rechtbank heeft daarbij de belangen van verzoeker en de instemmende schuldeisers afgewogen tegen de belangen van verweerster. De rechtbank oordeelde dat de weigering van verweerster om in te stemmen met de schuldregeling onevenredig was, gezien de omstandigheden van de zaak. De rechtbank heeft het verzoek tot instemming met de schuldregeling toegewezen en verzoeker niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling, omdat hij geen belang meer had bij dat verzoek.