Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiseres], eiseres, V-nummer [V-nummer]
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Uit voorgaande blijkt dat zowel een ambtenaar belast met toezicht op vreemdelingen als een medewerker van de IND onafhankelijk van elkaar hebben beoordeeld of er op basis van uiterlijke kenmerken en verklaringen van de eiseres sprake is van evidente minderjarigheid. Hiermee heeft een schouw plaatsgevonden als bedoeld in paragraaf C1/2.2 van de Vc. Verweerder heeft zich naar het oordeel van de rechtbank terecht op het standpunt gesteld dat er sprake is van twijfel. Volgens het beleid moet het oordeel dat eiseres evident minderjarig is unaniem zijn. Dit is hier niet aan de orde, nu in het rapport van AVIM niet wordt gesteld dat de minderjarigheid evident is, maar slechts aannemelijk is. Verweerder diende derhalve nader onderzoek te doen naar de leeftijd van eiseres. De uitkomst van de leeftijdsschouw stond derhalve niet aan de navraag naar de registratie van eiseres in Italië in de weg.