Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 9 november 2018 in de zaak tussen
[eiseres], eiseres, V-nummer [v-nummer], mede namens
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Zodra de strafzaak door het OM wordt geseponeerd (…) komt de grond aan de verblijfsvergunning als bedoeld in B9 te ontvallen (…). Met een sepot-beslissing is het strafrechtelijk onderzoek afgerond. De nog geldige verblijfsvergunning als bedoeld in B9 kan worden ingetrokken. De verblijfsvergunning als bedoeld in B9 waarvan de geldigheidsduur is verstreken, wordt niet verlengd. Als er tegen de sepotbeslissing beklag wordt ingesteld, zoals bedoeld in artikel 12 WvSv, mag de beslissing op dit beklag niet in Nederland worden afgewacht. Indien het beklag gegrond wordt verklaard herleeft het recht op een verblijfsvergunning.”