Uitspraak
geboren op [geboortedatum] 1963 te [geboorteplaats] (Bondsrepubliek Duitsland),
wonende te [adres, postcode en woonplaats].
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 25 januari 2018 uitspraak gedaan over een verzoek tot tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling van een schuldenaar, die in 2015 was uitgesproken. De schuldenaar had eerder een kans gekregen van het Gerechtshof Den Haag, maar voldeed niet aan zijn verplichtingen. De bewindvoerder diende op 22 november 2017 een verzoek in tot beëindiging van de regeling, omdat de schuldenaar zijn verplichtingen niet nakwam en er een boedelachterstand was ontstaan van € 12.621,-. Tijdens de mondelinge behandeling op 11 januari 2018 werd vastgesteld dat de schuldenaar nog steeds niet de benodigde informatie had verstrekt en dat er geen verbetering was opgetreden in zijn situatie. De rechtbank oordeelde dat de schuldenaar tekortgeschoten was in zijn verplichtingen en dat dit tekortschieten zodanig was dat de schuldsaneringsregeling moest worden beëindigd. De rechtbank heeft ook het salaris van de bewindvoerder vastgesteld op € 3.667,26, voor zover het boedelactief dit toelaat. De beslissing werd genomen in het kader van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP), die beoogt om personen in financiële problemen de kans te geven hun schulden te saneren.