Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- De inleidende dagvaarding van 24 november 2016 met producties 1 – 12;
- De conclusie van antwoord in conventie (tevens houdende exceptie van onbevoegdheid) en van eis in reconventie met productie 1;
- De conclusie van antwoord in reconventie;
- Het tussenvonnis van 26 april 2017, waarin een comparitie van partijen is gelast;
- Het proces-verbaal van de op 24 augustus 2017 gehouden comparitie van partijen.
- De e-mail van mr. Schipper van 20 september 2017, waarin vonnis wordt gevraagd.
2.De feiten
in conventie en in reconventie
3.Het geschil
in conventie en in reconventie
primairdoordat hij directe of indirecte bemoeienis heeft gehad met het buiten Cerme om in Nederland op de markt brengen van een softwareproduct (BLC Kassa) dat op het programma van Cerme lijkt of dezelfde functies vervult,
subsidiairdoordat hij anderen (waaronder in ieder geval Ekip en Megast24) direct of indirect heeft bijgestaan of ondersteund bij het in Nederland op de markt brengen van een dergelijk softwareproduct;
- De VOF is opgericht om het programma Mega-Kassa gezamenlijk verder te ontwikkelen en te verkopen. [A] heeft bij de oprichting het programma Mega-Kassa, de bijbehorende behorende broncode(s) en de daarop rustende auteursrechten en andere rechten van intellectuele eigendom ingebracht. Deze rechten zijn daarmee eigendom geworden van de VOF. Op 12 maart 2010 heeft de VOF deze rechten vervolgens verkocht en overgedragen aan Cerme.
- Waar de rechten eigendom waren van de VOF was [A] in 2009 niet gerechtigd deze op eigen naam of namens de VOF aan Ekip te verkopen. Door dat toch te doen heeft hij onrechtmatig gehandeld jegens zijn medevennoot Cerme.
- Er zijn voldoende aanwijzingen dat [A] betrokken is geweest bij het op de markt brengen door Megasat24 van het softwareproduct BLC Kassa. Dit programma is immers nagenoeg een exacte kopie van Mega-Kassa, waarvan [A] na de overeenkomst van 12 maart 2010 een exemplaar van de broncode heeft mogen behouden. Bovendien is Megasat24 een vaste reseller van [A] . In elk geval heeft te gelden dat [A] in strijd met artikel 13 van de overeenkomst van 12 maart 2010 anderen (indirect) heeft ondersteund bij het op de markt brengen van een soortgelijk product als bedoeld in dat artikel. Hij heeft immers het programma Mega-Kassa verkocht geleverd aan Ekip, die dit programma thans via Megasat24 in Nederland op de markt brengt.
- Cerme is in ieder geval bekend met drie klanten die het programma BLC Kassa van Megasat24 hebben gekocht. Daarmee kan het bedrag aan door [A] verbeurde boetes tenminste worden gesteld op 3 x € 25.000,- = € 75.000,-.
in reconventieingesteld, die ertoe strekt dat de rechtbank de overeenkomst van 12 maart 2010 vernietigt.
4.De beoordeling
in conventiede vorderingen onder 2, 3, 4 en 7 van het petitum voor afwijzing gereed liggen. Hetzelfde geldt voor de vordering onder 9 voor zover deze ziet op vergoeding van de schade die Cerme stelt te hebben geleden als gevolg van de beweerdelijke overtreding door [A] van het beding van artikel 13 van de overeenkomst van 12 maart 2010.
reconventieluidt de slotsom dat de gevorderde vernietiging van de overeenkomst van 12 maart 2010 niet toewijsbaar is.
5.De beslissing
28 februari 2018voor uitlating door Cerme of zij bewijs wil leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en / of door een ander bewijsmiddel;
bewijsstukkenwil overleggen, die stukken direct met die akte in het geding moet brengen;
getuigenwil laten horen, de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden april tot en met juni 2018 direct moet opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald;
alle partijenuiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor
alle beschikbare bewijsstukkenaan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen,