Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 15 februari 2018 in de zaak tussen
Procesverloop
Overwegingen
24 december 2018 vrij komen. Gelet hierop mocht verweerder ervan uitgaan dat ten aanzien van eiser nog steeds een actuele bedreiging uitgaat. Van belang is voorts dat eiser zijn ex-echtgenote, tevens de moeder van zijn kinderen, op een zeer gewelddadige manier om het leven heeft gebracht. Hij is haar woning binnengegaan en heeft een verzoeningspoging gedaan, die zij weigerde. Hierop is eiser in woede ontstoken en heeft hij haar eerst twee keer in de buik gestoken en toen meerdere keren in de rug. Los van de vraag of dit gekwalificeerd kan worden als eerwraak, blijkt hieruit dat eiser zijn ex-echtgenote met
32 messteken heeft neergestoken vanwege het enkele feit dat zij niet met hem wilde verzoenen. Voorts is gebleken dat eiser volledig toerekeningsvatbaar is geacht. Het Gerechtshof Arnhem heeft in haar arrest van 22 april 2015 bij de straftoemeting in het bijzonder in aanmerking genomen dat eiser zijn ex-echtgenote in de bloei van haar leven op zeer gewelddadige wijze om het leven heeft gebracht. Eiser heeft niet alleen zijn ex-echtgenote het leven afgenomen, maar tevens heeft hij het leven van de moeder van hun twee jonge kinderen op een afschuwelijke wijze afgenomen. Naast de ernstige volgen voor de direct betrokkenen, is bovendien de maatschappij ernstig geschokt door dit gewelddadige feit. Tevens heeft verweerder aan eiser mogen tegenwerpen dat hij slechts heeft verklaard spijt te hebben dat hij zijn kinderen veel pijn gedaan heeft. Dit laat echter niet zien dat hij ook spijt heeft dat hij zijn ex-echtgenote (op een gewelddadige manier) heeft gedood. Ook het PI-dossier waar eiser naar verwijst toont niet aan dat er geen gevaar is voor herhaling. Gezien de ernst van het gepleegde misdrijf, eisers houding direct daarna, en voormelde overige omstandigheden, heeft verweerder zich op het standpunt kunnen stellen dat het risico bestaat dat eiser wederom een geweldsmisdrijf zal kunnen plegen als zijn eer gekrenkt wordt. Gelet op al deze elementen mocht verweerder uitgaan van een actuele, werkelijk en voldoende ernstige bedreiging voor de samenleving ten aanzien van eiser.