Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[A],
1.De procedure in de hoofdzaak en de vrijwaringszaak
- de dagvaarding van 6 juni 2016, met producties 1 tot en met 20;
- de incidentele conclusie bevattende verzoek tot oproeping in vrijwaring van Hermanex van 3 augustus 2016, met producties 1 tot en met 5;
- de conclusie van antwoord in het vrijwaringsincident van DKH van 31 augustus 2016;
- het extract uit het audiëntieblad van de openbare terechtzitting van 28 september 2016;
- de conclusie van antwoord van 8 februari 2017, met producties 1 tot en met 23;
- het tussenvonnis van 29 maart 2017 waarbij een comparitie van partijen is bepaald;
- het proces-verbaal van de op 9 juni 2017 gehouden comparitie van partijen en de daarin genoemde stukken en de ter gelegenheid daarvan overgelegde pleitnotities van Hermanex;
- het schrijven (e-mail) van mr. Van den Broek van 16 oktober 2017;
- het schrijven (e-mail) van mr. Mak van 19 oktober 2017;
- het schrijven (e-mail) van de rechtbank van 5 maart 2018;
- het schrijven (e-mail van mr. Mak en mr. Van den Broek van 15 maart 2018.
- de dagvaarding van 24 oktober 2016, met producties 1 tot met 8;
- de akte overlegging producties van Hermanex van 22 februari 2017, met productie 9;
- de conclusie van antwoord van Fashion Funding en Lorien van 8 februari 2017, met producties 1 tot en met 4;
- het proces-verbaal van de op 9 juni 2017 gehouden comparitie van partijen en de ter gelegenheid daarvan overgelegde pleitnotities van Hermanex en de door mr. Hellinga overgelegde productie;
- het schrijven (e-mail) van mr. Van den Broek van 16 oktober 2017;
- het schrijven (e-mail) van mr. Mak van 19 oktober 2017;
- het schrijven (e-mail) van de rechtbank van 5 maart 2018;
- de akte zijdens Hermanex van 21 maart 2018;
- de akte zijdens Fashion Funding en Lorien van 4 april 2018.
2.De feiten in beide zaken
genuine Superdry” producten. [Q] concludeert dat de hoodie “
was not manufactured by or on behalf of SuperGroup Plc or any of its subsidiary companies”.
are false and have been produced to facilitate the sales of the counterfeit Superdry products”. [Q] komt tot deze conclusie op grond van het feit dat SuperGroup PLC Ltd een niet bestaande juridische entiteit is omdat een rechtspersoon niet tegelijkertijd een PLC en Ltd kan zijn en op grond van het feit dat de opmaak van de facturen op meerdere punten afwijkt van de opmaak van originele facturen van SuperGroup.
3.Het geschil in de hoofdzaak en de beoordeling daarvan
4.Het geschil in de vrijwaringszaak
- Microsell c.s. ieder hoofdelijk veroordeelt tot betaling van datgene waartoe Hermanex in de hoofdzaak jegens DKH wordt veroordeeld en tot betaling van alle verdere schade die Hermanex lijdt als gevolg van het geschil met DKH, op te maken bij staat, en
- Microsell c.s. hoofdelijk veroordeelt in de proceskosten in de vrijwaring, indien mogelijk overeenkomstig artikel 1019h van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv).
- Hermanex is een kortstondige handelsrelatie aangegaan met Microsell en Fashion Funding, die daarbij werden vertegenwoordigd door [A] .
- Tijdens deze handelsrelatie heeft Hermanex door tussenkomst van [A] van Microsell en/of Fashion Funding 1104 hoodies van het merk Superdry geleverd gekregen. Namens Microsell en Fashion Funding heeft [A] daarbij gegarandeerd dat deze hoodies origineel waren en rechtmatig in het verkeer waren gebracht. [A] heeft daarbij ook facturen laten zien waaruit volgens hem ook de rechtmatige herkomst van de hoodies bleek.
- [A] was bevoegd Microsell en Fashion Funding te vertegenwoordigen. In elk geval mocht Hermanex daarop in de gegeven omstandigheden vertrouwen. Daarbij heeft Hermanex erop gewezen dat ter zitting is gebleken dat [A] in elk geval feitelijk werkzaam was ten behoeve van Fashion Funding en dat Fashion Funding hem daarbij de vrije hand liet.
- Nu is gebleken dat de geleverde hoodies niet origineel waren en daarmee inbreuk maakten op de merkrechten van DKH zijn Microsell en Fashion Funding gehouden Hermanex uit hoofde van de namens hen afgegeven garantie te vrijwaren.
- Voor zover dat anders mocht zijn, dient [A] Hermanex te vrijwaren, nu hij ingevolge artikel 6:170 BW dient in staan voor zijn vertegenwoordigingsbevoegdheid. Los daarvan is [A] ook uit hoofde van onrechtmatig handelen jegens Hermanex aansprakelijk.
- Ten aanzien van Lorien geldt dat zij onrechtmatig jegens Hermanex als schuldeiser van Fashion Funding heeft gehandeld door deze vennootschap door middel van een ‘turboliquidatie’ te ontbinden terwijl er nog baten waren.