Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[naam] , eiseres
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft eiseres, een Russische nationaliteit hebbende Jehova's getuige, op 14 juni 2017 een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd aangevraagd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze aanvraag op 11 augustus 2017 afgewezen, maar trok dit besluit tijdens de zitting op 30 augustus 2017 in. Op 25 januari 2018 werd een nieuw besluit genomen, waarin de aanvraag opnieuw werd afgewezen. Eiseres heeft hiertegen beroep ingesteld, dat op 3 mei 2018 ter zitting is behandeld in Middelburg. Eiseres was aanwezig met haar gemachtigde en een tolk, terwijl de staatssecretaris zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.
De rechtbank heeft in haar uitspraak op 3 mei 2018 het beroep van eiseres gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd. De rechtbank oordeelde dat de staatssecretaris onvoldoende had gemotiveerd waarom eiseres niet in aanmerking kwam voor asiel, ondanks de verslechterde situatie voor Jehova's getuigen in Rusland. De rechtbank stelde vast dat de staatssecretaris niet had onderzocht of de actuele ontwikkelingen voor eiseres een bedreiging vormden, en dat de informatie over de vervolging van Jehova's getuigen niet was meegenomen in het besluit. De rechtbank heeft de staatssecretaris opgedragen binnen zes weken een nieuw besluit te nemen, met inachtneming van de uitspraak, en veroordeelde de staatssecretaris in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 1002,-.
De rechtbank benadrukte dat de staatssecretaris in zijn besluit niet was ingegaan op de schending van artikel 3 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens, wat ook een belangrijke overweging was in de uitspraak. De uitspraak is gedaan door mr. C. van Boven-Hartogh, rechter, in aanwezigheid van mr. W. Evenhuis, griffier.