Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] ,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
(gemachtigde: mr. C. Georgescu).
Procesverloop
Overwegingen
Verweerder heeft zich in het bestreden besluit dan ook ten onrechte op het standpunt gesteld dat artikel 20 VWEU alleen van toepassing is op een situatie waarin een derdelander ouder verblijft beoogt bij een minderjarige kind dat burger van de Unie is, en dat eiser daarom geen afgeleid verblijfsrecht aan artikel 20 VWEU kan ontlenen omdat hij geen vader is van een minderjarig kind dat Unieburger is. De rechtbank komt daarom tot het oordeel dat het bestreden besluit niet deugdelijk is gemotiveerd.
De beroepsgrond slaagt niet.
Beslissing
- veroordeelt verweerder in de proceskosten en draagt verweerder op € 1.002,- te betalen;
- draagt verweerder op € 170,- te betalen aan eiser als vergoeding voor het betaalde griffierecht.
- wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten en draagt verweerder op € 501,- te betalen;