Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 18 oktober 2019 in de zaak tussen
[eiser] , eiser, V-nummer [V-nummer]
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
ProcesverloopBij besluit van 28 januari 2019 (het bestreden besluit) heeft verweerder de verblijfsvergunning asiel voor onbepaalde tijd ingetrokken met terugwerkende kracht. Tevens is aan eiser een inreisverbod opgelegd voor de duur van twee jaar.
Overwegingen
10 april 2017 heeft eiser verklaard dat de PUK de eerdere problemen die eiser heeft ondervonden in 1997 heeft goedgemaakt en dat de leider van de PUK voor eiser in Sulaymaniyah een huis heeft gekocht vanwege eisers jarenlange trouwe dienst. Voorts verklaarde hij dat hij een pensioen in Irak ontvangt van het ministerie van de Peshmerga en dat hij met pensioen is gegaan als [functie] . Verweerder heeft gezien deze verklaringen niet ten onrechte gesteld dat de vrees voor vervolging op grond van de in 1997 ondervonden problemen niet meer aanwezig is. Ook verklaarde eiser tijdens het gehoor van 17 oktober 2018 dat er in Irak nog steeds politieke problemen zijn en omdat hij ook politiek actief was in zijn land hij daarom dezelfde problemen zal ondervinden. Zijn land en zijn stad zijn onveilig omdat er grote problemen tussen de Koerden aan de ene kant en de militie en het leger van Irak aan de andere kant bestaan. Hetgeen hij heeft verklaard ziet enkel op de algemene situatie in Irak. Verweerder heeft niet ten onrechte gesteld dat de verklaringen van eiser dat juist hij op grond daarvan persoonlijk problemen zal ondervinden bij terugkeer enkel op vermoedens berusten en niet op persoonlijke ervaringen. Niet gebleken is immers dat hij tijdens één van zijn perioden van terugkeer naar Irak persoonlijk problemen heeft ondervonden. Verweerder heeft niet ten onrechte gesteld dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat er bij terugkeer naar zijn land van herkomst een actuele schending van het Vluchtelingenverdrag plaats zal vinden of dat er een reëel risico wordt gelopen op ernstige schade als bedoeld in artikel 29, eerste lid, aanhef en onder b, van de Vw 2000.