ECLI:NL:RBDHA:2019:11563
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- B.F.Th. de Roos
- W.H. Mentink
- Rechtspraak.nl
Toegangsweigering tot Nederland van een Ghanese verzoeker en voorlopige voorziening
Op 15 oktober 2019 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening van een Ghanese verzoeker. De verzoeker had op 14 oktober 2019 administratief beroep ingesteld tegen de weigering van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid om hem toegang tot Nederland te verlenen. De verzoeker arriveerde op dezelfde dag op luchthaven Schiphol, maar werd de toegang geweigerd op basis van de Schengengrenscode, omdat hij niet in het bezit was van de juiste documentatie die het doel en de omstandigheden van zijn verblijf aantoont.
De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen vastgesteld dat de verzoeker niet voldoende bewijs heeft geleverd van zijn verblijfsomstandigheden en het doel van zijn verblijf. Ondanks dat de verzoeker aangaf dat hij zijn verblijfskosten kon betalen, waren de overgelegde reserveringen niet overtuigend genoeg. Bovendien waren er tegenstrijdigheden in de verklaringen van de verzoeker over het doel van zijn bezoek aan Nederland, wat de voorzieningenrechter als bevreemdend beschouwde.
Uiteindelijk heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat het administratief beroep geen redelijke kans van slagen had en heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen. Er is geen proceskostenveroordeling uitgesproken. De uitspraak werd op 15 oktober 2019 telefonisch bekendgemaakt aan de gemachtigden van beide partijen, en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.