ECLI:NL:RBDHA:2019:11959
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in asielzaak na beslissing op beroep
Op 7 november 2019 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak van een verzoeker die een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd had aangevraagd. De aanvraag was door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen, waarbij ook een inreisverbod voor twee jaar was opgelegd. De verzoeker heeft tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De zitting vond plaats op 31 oktober 2019, waar de verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde en een tolk aanwezig was. Tijdens de zitting werd ook de behandeling van een andere zaak, NL19.24621, besproken. De rechtbank heeft in die andere zaak op dezelfde dag uitspraak gedaan, waardoor de noodzaak voor een voorlopige voorziening in de onderhavige zaak kwam te vervallen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen, omdat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.