ECLI:NL:RBDHA:2019:12877
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- J.L.E. Bakels
- A.E. Maas
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag en proceskostenvergoeding
In de zaak tussen verzoeker, met V-nummer [V-nummer], en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 3 december 2019 uitspraak gedaan. Verzoeker had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de Staatssecretaris op 29 oktober 2019 was afgewezen als kennelijk ongegrond. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening.
De zitting vond plaats op 26 november 2019, waar verzoeker werd bijgestaan door zijn gemachtigde en een tolk, I. Zyad. De voorzieningenrechter heeft in een andere zaak, NL19.26620, op dezelfde dag uitspraak gedaan, waardoor de noodzaak voor een voorlopige voorziening kwam te vervallen. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen.
Desondanks heeft de voorzieningenrechter verweerder veroordeeld in de proceskosten van verzoeker, vastgesteld op € 512,-. Dit bedrag is gebaseerd op het Besluit proceskosten bestuursrecht, waarbij 1 punt voor het indienen van het verzoekschrift is toegekend, met een waarde per punt van € 512,- en een wegingsfactor van 1. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.