Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.Het verdere procesverloop
- het tussenvonnis van 10 april 2019;
- de akte na tussenvonnis van Westland van 8 mei 2019, met producties;
- de antwoordakte na tussenvonnis van Van Gelder van 17 juli 2019.
2.De verdere beoordeling
(…). Weliswaar acht de rechtbank de hoogte van de schade toegelicht aan de hand van de schadeopstelling met bijlagen (zie rov 4.16, in verbinding met nr. 6 akte overlegging producties c.a. d.d. 04-04-2018 en nr. 17 procesverbaal) (…)”. Hiermee miskent Westland dat de rechtbank in het tussenvonnis heeft vastgesteld dat Westland haar schade juist onvoldoende heeft onderbouwd en dat er onvoldoende aanknopingspunten waren om de schade te kunnen bepalen of begroten. Het was juist dit oordeel dat heeft geleid tot voornoemd tussenvonnis met de opdracht aan Westland tot onderbouwing van bestaan en omvang van de schade, zoals beschreven onder 2.1.
- een document van Netbeheer Nederland (gedateerd 29 april 2014), genaamd ‘Betrouwbaarheid van elektriciteitsnetten in Nederland, Resultaten 2013’. Althans, naar één specifieke zin uit voornoemd document die luidt: “
- een verklaring van de heer [A], uitvoerder bij Westland en;
- vier niet nader toegelichte en in voetnoten opgenomen hyperlinks.
- pagina 7 van ‘Hoogheemraadschap van Delfland, Legger Wateren tekstuele deel januari 2015’;
- pagina 7 van ‘Hoogheemraadschap van Delfland, Keur Delfland 19 februari 2015’ en;
- pagina 9 en 10 van ‘Algemene regels Behorende bij de Keur Delfland’.