Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam] , eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
ProcesverloopEisers hebben beroep ingesteld tegen de vier afzonderlijke besluiten van verweerder van 2 januari 2019 (de bestreden besluiten).
Overwegingen
Op 21 november 2018 hebben zij asielaanvragen ingediend. Aan deze aanvragen hebben zij ten grondslag gelegd dat zij in Moldavië gediscrimineerd worden vanwege hun Roma-afkomst. Eiser heeft verklaard dat hij vanwege zijn Roma-afkomst geen stembrochure krijgt toegestuurd en dat hij geen vergunning krijgt om als handelaar op de markt te werken. Verder is hij in het verleden vroegtijdig gestopt met school en ook zijn kinderen zijn vanwege pesterijen op school gestopt. Eiseres 2 heeft verklaard dat zij vreest voor haar ex-man, omdat hij gedreigd heeft hun zoontje te kidnappen. Verder stelt zij dat ze vanwege haar Roma-afkomst nooit ergens wordt aangenomen voor werk en dat ze geen toegang heeft tot medische zorg.
De rechtbank oordeelt als volgt.
Beslissing
mr. A.A. Dijk, griffier.