ECLI:NL:RBDHA:2019:4102
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen maatregel van bewaring en schadevergoeding in vreemdelingenrechtelijke zaak
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 1 april 2019 uitspraak gedaan in een beroep tegen een maatregel van bewaring die was opgelegd aan een Algerijnse eiser. De maatregel was opgelegd op 31 januari 2019 op grond van artikel 59b van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft tegen dit besluit beroep ingesteld, waarna de maatregel op 15 februari 2019 door verweerder werd opgeheven. Tijdens de zitting op 18 februari 2019 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht, waarbij de gemachtigde van eiser aanvoerde dat zij pas op de zitting op de hoogte was gesteld van het aanbod van schadevergoeding door verweerder. De rechtbank concludeerde dat de maatregel van bewaring vanaf het begin onrechtmatig was, wat leidde tot de gegrondverklaring van het beroep. De rechtbank kende eiser een schadevergoeding toe van € 1.200,- voor de onrechtmatige bewaring van 15 dagen en veroordeelde verweerder tot betaling van proceskosten van € 1.024,-. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van de verweerder in het bestuursrecht en de rechten van de eiser in vreemdelingenzaken.