Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 29 maart 2018, met producties 1 tot en met 15;
- de conclusie van antwoord van 23 mei 2018, met producties 1 tot en met 5;
- het tussenvonnis van 1 augustus 2018, waarbij een comparitie van partijen is gelast;
- de brief van de zijde van Steca Elektronik van 7 december 2018, met als bijlage een proceskostenopgave;
- de brief van de zijde van Steca Elektronik van 9 januari 2019, met als bijlage een aanvullende proceskostenopgave;
- de brief van de zijde van Evo-Energie van 9 januari 2019, met als bijlage een proceskostenopgave;
- het proces-verbaal van comparitie van 10 januari 2019;
- de brief van 1 februari 2019 van mr. E.J. van Knobelsdorf namens Steca Elektronik, inhoudende een opmerking naar aanleiding van het proces-verbaal van comparitie;
- de rolbeschikking van 20 februari 2019 waarbij de rolrechter de akte van eiswijziging van Steca Elektronik gedateerd 27 februari 2019 heeft geweigerd vanwege strijd met de eisen van een goede procesorde.
2.De feiten
30 januari 2006 onder nummer 001696954, voor waren en diensten in klassen 9, 1, 40 en 42 (waaronder laadregelaars);
3 februari 1999 onder nummer 000546846, voor waren en diensten in klasse 9 (waaronder laadregelaars);
22 februari 2013 en 17 augustus 2013.
11 april 2017 - kort gezegd - gesommeerd een afstands- en onthoudingsverklaring te ondertekenen, onder meer inhoudende erkenning van inbreuk op de Merken, staking van die inbreuk, afgifte van producten, rekening en verantwoording en betaling van een voorschot op schadevergoeding.
- de producten bij Fangpusun zijn ingekocht, onder bijvoeging van een factuur van
17 augustus 2013 betreffende 22 producten;
- de merken waarop Steca Elektronik zich beroept zijn geregistreerd na het tijdstip waarop Evo-Energie de producten heeft ingekocht;
- Evo-Energie geen aansprakelijkheid voor de gestelde inbreuken en schade erkent en dat zij geen reden ziet de onthoudingsverklaring te ondertekenen;
- de inkoop eenmalig is geweest, dat er geen voorraad meer is van de producten en dat er daarom geen verkoop of handel zal plaatsvinden;
- de website en het facebookaccount naar aanleiding van de sommatiebrief zijn aangepast.
3.Het geschil
4.De beoordeling
Bevoegdheid
125 lid 1 UMVo [4] en artikel 3 van de Uitvoeringswet EG-verordening inzake het Gemeenschapsmerk (internationaal en relatief) bevoegd om kennis te nemen van de vorderingen van Steca Elektronik voor zover deze zijn gebaseerd op de Merken, nu Evo-Energie gevestigd is in Nederland. Voor zover de vorderingen zijn gebaseerd op Gemeenschapsmodellen betreft dit de artikelen 80 lid 1, 81 onder a, 82 lid 1 en 90 lid 1 en lid 3 GModVo [5] en artikel 3 van de Uitvoeringswet EG-verordening betreffende Gemeenschapsmodellen. Voor het overige is deze rechtbank reeds bevoegd om omdat Evo-Energie in deze procedure is verschenen en die bevoegdheid niet heeft bestreden.
- het aanbrengen van het teken op de waren of op de verpakking van die waren (lid 3 sub a)
5.De beslissing
- het exacte aantal verkochte, geleverde of anderszins ter beschikking gestelde of vervreemde Fangpusun-laadregelaars, met vermelding van de daarbij behorende prijzen;
- alle door de Fangpusun-laadregelaars gegenereerde omzet en netto-winst;
- de volledige namen en adressen van de partijen aan wie de Fangpusun-laadregelaars zijn verkocht, geleverd of anderszins ter beschikking gesteld of vervreemd, waarbij gegevens van natuurlijke personen worden geanonimiseerd;
29 maart 2018 tot de dag van volledige betaling;
€ 157,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen - onder de voorwaarde dat niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis is voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden - met een bedrag van € 82,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak, deze bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van 14 dagen na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling;