ECLI:NL:RBDHA:2019:8724

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
23 augustus 2019
Publicatiedatum
23 augustus 2019
Zaaknummer
C/09/570327 / KG ZA 19-271
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • J.Th. van Walderveen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verbod op openbaarmaking van muziekwerken en fonogrammen door Color Hair zonder licentie van Buma en Sena

In deze zaak, die voor de Rechtbank Den Haag is behandeld, hebben de eiseressen, Vereniging Buma en Stichting ter Exploitatie van Naburige Rechten (Sena), een kort geding aangespannen tegen Color Hair B.V. De eiseressen vorderen een verbod voor Color Hair om muziekwerken behorende tot het Buma-repertoire en voor commerciële doeleinden uitgebracht fonogrammen openbaar te maken zonder de benodigde licenties. De procedure is gestart na herhaalde pogingen van Buma c.s. om Color Hair te laten betalen voor de gebruiksrechten van muziek in hun kapsalons. Ondanks meerdere facturen en aanmaningen heeft Color Hair nagelaten de verschuldigde bedragen te voldoen. De rechtbank heeft vastgesteld dat Color Hair inbreuk maakt op de auteursrechten door muziek openbaar te maken zonder de vereiste licenties. De rechter heeft geoordeeld dat het spoedeisend belang van Buma c.s. bij het gevorderde verbod evident is, gezien het voortdurende karakter van de inbreuk. De vorderingen van Buma c.s. zijn toegewezen, met uitzondering van de vestiging waar geen inbreuk is vastgesteld. Color Hair is veroordeeld in de proceskosten, en er is een dwangsom opgelegd voor het geval van overtreding van het verbod.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK DEN HAAG

Team handel
zaaknummer / rolnummer: C/09/570327 / KG ZA 19-271
Vonnis in kort geding van 23 augustus 2019
in de zaak van

1.VERENIGING BUMA,

te Amstelveen,
2.
STICHTING TER EXPLOITATIE VAN NABURIGE RECHTEN (SENA),
te Hilversum,
eiseressen,
advocaat: mr. S.R.M.T. Janssen te Hoofddorp,
tegen
COLOR HAIR B.V.,
te Leiden,
gedaagde,
vertegenwoordigd door haar enig aandeelhouder en bestuurder de heer [X] .
Partijen zullen hierna Buma c.s. (en afzonderlijk Buma en Sena) en Color Hair genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 28 juni 2019 met zes producties;
  • de mondelinge behandeling op 10 mei 2019;
  • de fax van mr. Janssen aan de rechtbank van 7 juni 2019 met twee producties;
  • de fax van mr. Janssen aan de rechtbank van 14 juni 2019 waarbij vonnis wordt gevraagd;
  • de mededeling van de griffie van de rechtbank van 26 juni 2019 dat een voortgezette mondelinge behandeling wordt bepaald op 26 juli 2019;
  • het oproepingsexploot van 28 juni 2019;
  • de e-mail van mr. Janssen aan de rechtbank van 23 juli 2019 waarbij de volgende stukken zijn overgelegd:
- Factuur d.d. 25 april 2018 aan Color Hair, [adres 1] ten bedrage van € 390,36;
- Bewijs van Licentie d.d. 25 april 2018 met ingangsdatum 1 januari 2018 voor Color Hair, [adres 1] ;
- Algemene Voorwaarden Muziekgebruik;
- Bewijs van Muzieklicentie d.d. 25 april 2018 met ingangsdatum 1 januari 2018 voor Color Hair, [adres 1] ;
- Algemene Voorwaarden Algemene Licenties – individueel;
- Herinnering d.d. 30 mei 2018 aan Color Hair, [adres 1] ten bedrage van € 410,36 (inclusief € 20,00 herinneringskosten);
- Aanmaning d.d. 13 juni 2018 aan Color Hair, [adres 1] ten bedrage van € 429,40 (inclusief € 39,04 aanmaningskosten);
- Factuur d.d. 10 september 2018 aan Color Hair, [adres 2] ten bedrage van € 390,36;
- Bewijs van Licentie d.d. 10 september 2018 met ingangsdatum 1 januari 2018 voor Color Hair, [adres 2] ;
- Algemene Voorwaarden Muziekgebruik;
- Bewijs van Muzieklicentie d.d. 10 september 2018 met ingangsdatum 1 januari 2018 voor Color Hair, [adres 2] ;
- Algemene Voorwaarden Algemene Licenties - individueel;
- Creditfactuur d.d. 9 december 2018 aan Color Hair, [adres 2] ten bedrage van € -390,36;
- de voortzetting van de mondelinge behandeling op 26 juli 2019.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Buma is de enige collectieve organisatie als bedoeld in artikel 30a Aw [1] die op eigen naam muziekauteursrechten uitoefent die door de bij haar aangesloten componisten, tekstdichters en muziekuitgevers aan haar zijn overgedragen. Via een stelsel van wederkerigheidscontracten met buitenlandse zusterorganisaties, die soortgelijke overeenkomsten afsluiten, beheert Buma in Nederland vrijwel het gehele auteursrechtelijk beschermde muziekrepertoire (hierna: Buma-repertoire).
2.2.
Sena is een collectieve beheersorganisatie die is belast met de inning en verdeling van de krachtens artikel 7 WNR [2] verschuldigde billijke vergoeding voor de uitzending van voor commerciële doeleinden uitgebrachte fonogrammen of reproducties daarvan. In artikel 7 WNR is onder meer bepaald dat een commercieel fonogram zonder toestemming van de daar vermelde rechthebbenden openbaar mag worden gemaakt, mits daarvoor een billijke vergoeding wordt betaald.
2.3.
Buma sluit licentiecontracten af met de openbaarmakers van muziek(werken), tegen betaling van een vergoeding die volgens vastgestelde formules wordt berekend.
2.4.
Sena heeft ten aanzien van de hoogte van de billijke vergoedingen overeenstemming bereikt met branche- en belangenorganisaties van diegenen die muziek openbaar maken zoals bedoeld in artikel 7 lid 1 WNR en artikel 12 Aw.
2.5.
Color Hair voert een kappersbedrijf en exploiteert twee vestigingen, één aan het [adres 1] en één aan het [adres 2] .
2.6.
Op 25 april 2018 heeft Buma c.s. aan Color Hair voor de vestiging [adres 1] een licentieovereenkomst aangeboden, welke overeenkomst met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2018 zou gaan gelden. Voorwaarde daarvoor was dat Color Hair de bijgevoegde factuur met betrekking tot een licentie voor achtergrondmuziek voor een bedrag van € 390,36 zou betalen. Ondanks een herinnering d.d. 30 mei 2018 (waarbij het bedrag van € 390,36 is verhoogd tot € 410,36 wegens herinneringskosten) en een aanmaning d.d. 13 juni 2018 (waarbij een verdere verhoging is opgelegd wegens aanmaningskosten tot een bedrag van € 429,40) is het gefactureerde bedrag onbetaald gebleven.
2.7.
Buma c.s. heeft de zaak uit handen gegeven aan een gerechtsdeurwaarder, die Color Hair op 23 november 2018 voor de laatste maal in de gelegenheid heeft gesteld een licentie met betrekking tot de vestiging [adres 1] af te nemen. Color Hair heeft geen licentie afgenomen.
2.8.
Buma c.s. heeft haar relatiemanager opdracht gegeven de onderneming van Color Hair te controleren op openbaarmaking van muziek als bedoeld in artikel 12 Aw en artikel 7 lid 1 WNR. Op 4 december 2018 heeft de relatiemanager Color Hair bezocht op de locatie [adres 1] . In het Rapport Buitendienst heeft de relatiemanager - onder meer - opgenomen:
Onderneming bezocht, eigenaar geeft te kennen dat hij nog geld krijgt.
Uitleg gegeven dat dit om een oud dossier gaat dat er destijds geregeld werd onder een andere rechtsvorm deze dossiers staan los van mekaar. Eigenaar is wel bereidwillig om te betalen.
Constat
Titel/artiest : Fat Joe - Lean Back
Titel/artiest : Frenna - Louboutin
2.9.
Op 10 september 2018 heeft Buma c.s. aan Color Hair voor de vestiging [adres 2] een licentieovereenkomst aangeboden, welke overeenkomst met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2018 zou gaan gelden. Voorwaarde daarvoor was dat Color Hair de bijgevoegde factuur met betrekking tot een licentie voor achtergrondmuziek voor een bedrag van € 390,36 zou betalen. Op 9 december 2018 heeft Buma c.s. aan Color Hair voor de vestiging [adres 2] een creditnota gestuurd voor een bedrag van - € 390,36.

3.Het geschil

3.1.
Buma c.s. vordert samengevat - Color Hair, bij vonnis, zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, te verbieden om in haar bedrijfsruimten in het kader van de beroepsuitoefening of bedrijfsvoering enig muziekwerk behorende tot het Buma-repertoire ten gehore te (laten) brengen of anderszins openbaar te maken alsmede Color Hair te verbieden in die bedrijfsruimten enig voor commerciële doeleinden uitgebracht fonogram of reproductie daarvan ten gehore te (laten) brengen of anderszins openbaar te maken voor zover Color Hair daartoe geen licentie van Buma respectievelijk Sena heeft verkregen, een en ander op straffe van een dwangsom en met veroordeling in de kosten van de procedure.
3.2.
Aan haar vorderingen legt Buma c.s. ten grondslag dat Color Hair in haar vestiging [adres 1] muziekwerken openbaar maakt in de zin van artikel 12 Aw respectievelijk voor commerciële doeleinden uitgebrachte fonogrammen of reproducties daarvan openbaar maakt zonder dat zij daartoe de benodigde toestemming heeft verkregen respectievelijk daarvoor geen billijke vergoeding heeft betaald.
3.3.
Color Hair voert verweer.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

spoedeisend belang

4.1.
Het spoedeisend belang van Buma c.s. bij het gevorderde verbod vloeit voort uit het voortdurende karakter van de gestelde inbreuk en is overigens niet bestreden.
verrekening
4.2.
Color Hair heeft niet bestreden dat zij in haar kapsalon aan het adres [adres 1] muziek respectievelijk voor commerciële doeleinden uitgebrachte fonogrammen of reproducties daarvan openbaar maakt. Zij bestrijdt evenmin dat zij daarvoor geen licentie heeft afgenomen. Ten verwere heeft zij op de zitting van 10 mei 2019 aangevoerd dat zij niet betaalt omdat zij nog een bedrag van Buma c.s. tegoed heeft in welk kader zij een creditfactuur d.d. 9 december 2018 heeft overgelegd. Omdat Buma c.s. op dat moment niet in staat was daarop adequaat te reageren is de behandeling van de zaak aangehouden.
4.3.
Op de voortgezette behandeling ter zitting van 26 juli 2019 heeft Buma c.s. gesteld dat de creditfactuur is verstuurd omdat er een administratieve fout was gemaakt in de oorspronkelijke factuur van 10 september 2018. Wat daarvan zij, het beroep op verrekening met de creditfactuur gaat volgens Buma c.s. alleen al niet op omdat Color Hair de oorspronkelijke factuur (voor het adres [adres 2] ) ten bedrage van € 390,36 niet heeft betaald (vergelijk onder 2.9.). Color Hair heeft dat ter zitting erkend, waarmee vastgesteld kan worden dat haar aanvankelijk gevoerde verweer niet slaagt: er valt immers niets te verrekenen. Color Hair heeft vervolgens nog betoogd dat zij een aantal jaar geleden een procedure tegen Buma c.s. heeft gevoerd en dat zij uit dien hoofde nog bedragen tegoed heeft. Dit verweer, dat Buma c.s. overigens betwist, heeft zij op geen enkele manier gemotiveerd onderbouwd zodat het al om die reden wordt verworpen.
4.4.
Nu de verweren van Color Hair tegen de vorderingen van Buma c.s. niet slagen, liggen de vorderingen voor toewijzing gereed, in zoverre dat het verbod enkel zal worden opgelegd met betrekking tot de vestiging [adres 1] aangezien dit de enige vestiging is waar de stellingen van Buma c.s. op zien.
4.5.
De gevorderde dwangsom zal worden beperkt als in het dictum vermeld.
4.6.
Color Hair zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Buma c.s. worden begroot op:
- dagvaarding € 86,40
- griffierecht 639,00
- salaris advocaat
633,00
Totaal € 1.358,40

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
verbiedt Color Hair om na betekening van dit vonnis in de lokaliteiten en/of bedrijfs- en/of praktijkruimten in het kader van de beroepsuitoefening of bedrijfsvoering van Color Hair aan het adres [adres 1] enig muziekwerk behorende tot het Buma-repertoire als bedoeld in 2.1 ten gehore te (laten) brengen of anderszins openbaar te maken voor zover Color Hair daartoe geen licentie van Buma heeft verkregen;
5.2.
verbiedt Color Hair om na betekening van dit vonnis in de lokaliteiten en/of bedrijfs- en/of praktijkruimten in het kader van de beroepsuitoefening of bedrijfsvoering van Color Hair aan het adres [adres 1] enig voor commerciële doeleinden uitgebracht fonogram of reproductie daarvan als bedoeld in 2.2 ten gehore te (laten) brengen of anderszins openbaar te maken voor zover Color Hair daartoe geen licentie van Sena heeft verkregen;
5.3.
bepaalt dat Color Hair bij overtreding van het hiervoor onder 5.1. en 5.2. vermelde verbod een dwangsom verbeurt van € 500,- per dag of gedeelte van een dag, tot een maximum van € 30.000,- is bereikt;
5.4.
veroordeelt Color Hair in de proceskosten, aan de zijde van Buma c.s. tot op heden begroot op € 1.358,40;
5.5.
bepaalt de termijn voor het instellen van een eis in de hoofdzaak in de zin van artikel 1019i Rv [3] voor zover nodig op zes maanden na heden;
5.6.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.7.
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.Th. van Walderveen en in het openbaar uitgesproken op 23 augustus 2019.

Voetnoten

1.Auteurswet
2.Wet op de naburige rechten
3.Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering