ECLI:NL:RBDHA:2019:8729

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
14 augustus 2019
Publicatiedatum
23 augustus 2019
Zaaknummer
AWB 19/3579
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • B.F.Th. de Roos
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen afwijzing visumaanvraag door de minister van Buitenlandse Zaken

In deze zaak heeft eiser, woonachtig in Marokko, een visum aangevraagd om zijn familie in Nederland te bezoeken. De minister van Buitenlandse Zaken heeft deze aanvraag afgewezen en het bezwaar van eiser tegen deze afwijzing ongegrond verklaard in een besluit van 5 maart 2019. Eiser heeft hierop beroep ingesteld bij de rechtbank, die zonder zitting uitspraak doet. De rechtbank benadrukt dat een beroep binnen vier weken na het bestreden besluit moet zijn ontvangen. In dit geval is het beroep op 8 mei 2019 ontvangen, wat meer dan een week na het verstrijken van de termijn is. Eiser heeft niet kunnen aantonen dat de termijnoverschrijding verschoonbaar is, waardoor de rechtbank het beroep niet verder kan behandelen. De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk, wat betekent dat de zaak niet inhoudelijk wordt behandeld. De uitspraak is gedaan door rechter B.F.Th. de Roos, in aanwezigheid van griffier A.S. Hamans, en is openbaar uitgesproken op 13 augustus 2019.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: AWB 19/3579
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam], eiser,
en
de minister van Buitenlandse Zaken, verweerder.

Wat er is gebeurd:

In het besluit van 5 maart 2019 (het bestreden besluit) heeft de minister het bezwaar van eiser ongegrond verklaard.
Eiser heeft beroep ingesteld tegen het bestreden besluit.
De rechtbank doet uitspraak zonder eerst een zitting te houden [1] .

Wat er in het dossier staat:

1. Eiser woont in Marokko. Hij wil graag familie in Nederland bezoeken. Daarom heeft hij een visum aangevraagd.
2. De minister heeft deze aanvraag afgewezen. Eiser heeft toen bezwaar gemaakt. In het bestreden besluit heeft de minister het bezwaar ongegrond verklaard. Dat betekent dat de minister nog steeds geen visum aan eiser wil geven.
3. Nu vraagt eiser aan de rechtbank om te oordelen dat de minister wel een visum aan hem moet geven.

Wat de rechtbank vindt:

4. In de wet staat dat een beroep bij de rechtbank binnen een termijn van vier weken ontvangen moet zijn [2] . Dit is een belangrijke regel. Als het onbeperkt mogelijk zou blijven om beroep in te stellen, zouden besluiten namelijk nooit definitief worden. Dat zou leiden tot teveel onzekerheid.
5. In de wet staat ook dat een beroep nog op tijd is als het vóór het einde van de termijn op de post is gedaan en binnen een week na het einde van de termijn is ontvangen [3] .
6. In deze zaak is het bestreden besluit van 5 maart 2019. Het beroep is ontvangen op 8 mei 2019. Dit is meer dan een week na het einde van de termijn. Het beroep is dus te laat.
7. De rechtbank heeft aan eiser gevraagd hoe het komt dat het beroep te laat is ingesteld [4] . Eiser heeft gereageerd met twee brieven in het Frans. Eigenlijk behandelt de rechtbank alleen brieven in het Nederlands. Toch heeft de rechtbank gekeken of hij de brieven van eiser kan begrijpen. Eiser is het er niet mee eens dat hij geen visum heeft gekregen. Hij vindt dat hij alles wat nodig is voor het afgeven van een visum bij de minister heeft ingeleverd. Eiser vraagt daarom aan de rechtbank om goed naar de zaak te kijken en om eventueel contact op te nemen met zijn familie in Nederland als er nog onduidelijkheden zijn.
8. Uit deze brief blijkt niet dat het niet de schuld is van eiser dat het beroep te laat is. Om die reden mag de rechtbank het beroep niet verder behandelen. Onderaan deze uitspraak staat wat u kunt doen als u het daar niet mee eens bent.
Beslissing
De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, rechter, in aanwezigheid van mr. A.S. Hamans, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 13 augustus 2019.
griffier
rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:
Als u het niet eens bent met deze uitspraak…
…kunt u binnen zes weken na verzending verzet doen bij deze rechtbank (Rechtbank Den Haag, Zittingsplaats Middelburg, Postbus 400, 4330 AK Middelburg). Daarbij kunt u aangeven dat u wilt worden gehoord.

Voetnoten

1.Dit mag op grond van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht.
2.Dit staat in artikel 69, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000.
3.Dit staat in artikel 6:9, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht.
4.Dit moet de rechtbank doen op grond van artikel 6:11 van de Algemene wet bestuursrecht.