ECLI:NL:RBDHA:2020:10152
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Gedeeltelijke openbaarmaking van documenten op basis van de Wob met betrekking tot dierenwelzijn
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 12 oktober 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen Veehouderij [eiser] en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (verweerder). Het geschil betreft de gedeeltelijke openbaarmaking van documenten op basis van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) naar aanleiding van een informatieverzoek van RTL Nieuws. Verweerder heeft op 29 oktober 2018 besloten om de gevraagde documenten gedeeltelijk openbaar te maken, maar eiser heeft hiertegen bezwaar gemaakt. Het bestreden besluit van 2 oktober 2019, waarin het bezwaar ongegrond werd verklaard, leidde tot beroep bij de rechtbank.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het geschil zich toespitst op de vraag of de nog leesbare informatie in de openbaar te maken stukken zonder onevenredige inspanning herleidbaar is tot eiser of zijn (voormalige) bedrijf. Verweerder heeft het belang van openbaarmaking benadrukt, met name in het kader van dierenwelzijn, en de rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep ongegrond is. De rechtbank heeft ook overwogen dat eiser onvoldoende onderbouwd heeft waarom bepaalde informatie niet openbaar gemaakt zou mogen worden.
De rechtbank heeft de stukken van eiser, die hij op 4 september 2020 heeft ingediend, buiten beschouwing gelaten omdat deze niet tijdig waren overgelegd. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de overige informatie niet herleidbaar is tot eiser of zijn bedrijf en heeft de beslissing van verweerder om de documenten gedeeltelijk openbaar te maken bevestigd. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.