Op 14 oktober 2020 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Den Haag een beschikking gegeven in de zaak van een minderjarige, geboren in 2004, die gediagnosticeerd is met ASS, PTSS en Anorexia Nervosa. De kinderrechter verleende een machtiging tot uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp, na een eerder verleende spoedmachtiging op 9 oktober 2020. De gecertificeerde instelling, Stichting Jeugdbescherming West Zuid-Holland, had het verzoek ingediend, omdat de veiligheid van de minderjarige in de thuissituatie niet gewaarborgd was en er een acuut gevaar voor zelfbeschadiging bestond. De ouders van de minderjarige, die gezamenlijk als belanghebbenden werden aangemerkt, voerden verweer tegen de gesloten plaatsing. Zij stelden dat er alternatieven waren en dat de minderjarige ook bij de vader veilig kon verblijven.
De kinderrechter oordeelde dat er ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen waren die de ontwikkeling van de minderjarige ernstig belemmerden. De kinderrechter merkte op dat er onvoldoende afstemming was tussen de gecertificeerde instelling en de behandelaars van de minderjarige, en dat er een duidelijk behandelplan ontbrak. De machtiging werd verleend voor de periode van 14 oktober 2020 tot 14 november 2020, met de behandeling van het verzoek voor het overige aangehouden tot een nader te bepalen zitting. De kinderrechter benadrukte het belang van samenwerking tussen alle betrokken partijen om de juiste zorg voor de minderjarige te waarborgen.