Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.[eisende partij sub 1] ,
[eisende partij sub 2],
1.De procedure
- de dagvaarding van 5 juli 2019 met producties;
- de conclusie van antwoord met producties;
- het proces-verbaal van de op 25 mei 2020 gehouden comparitie van partijen, die vanwege de beperkende maatregelen als gevolg van het coronavirus via Skype voor bedrijven is gehouden.
2.De feiten
Indien er ten aanzien van een inbeslaggenomen voorwerp een last tot teruggave volgt waaraan DRZ niet kan voldoen, omdat de bewaring van het voorwerp is beëindigd, gaat DRZ over tot uitkering op basis van artikel 119 lid 2 Sv. Uitgangspunt bij deze uitkering is het waardebegrip zoals in dat artikel wordt geformuleerd nl. de prijs die het voorwerp bij verkoop door de bewaarder heeft opgebracht of redelijkerwijs zou hebben opgebracht.
De taxatie waarde is bepaald aan de hand van vergelijkbare modellen die ik heb gevonden op het internet, hierbij heb ik het gemiddelde genomen van 5 campers.Dit komt uit op een gemiddelde vraagprijs van 67.000 euro.Onze normale taxatiewaarde zou dan 1/4 deel lager zijn dan dit bedrag, ca. 50.000 euro.
De taxaties van DRZ vinden via het taxatieprogramma Autotelex Pro plaats. Hierbij wordt gestart met een beginwaarde waarna gekeken wordt naar waardeverminderende dan wel –vermeerderende aspecten. DRZ gaat uit van de handelswaarde van een auto, gebaseerd op de waarde ex art. 119 lid 2 Sv, deze ligt zo’n 25% onder de vervangingswaarde. De BTW en BPM waardes rollen uit het taxatieprogramma, BTW marge is 21% en BPM varieert per voertuig. Inzake de Fiat zijn deze waardes echter niet genoteerd, en zijn slechts te herleiden vanuit de notities van de taxateur.
3.Het geschil
4.De beoordeling
Eigendom van de voertuigen
- griffierecht € 2.042,-
- salaris advocaat