Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.[de V.O.F.] te [plaats] ,
[eisende partij sub 2]te [plaats] ,
[eisende partij sub 3]te [plaats] ,
1.De procedure
- de dagvaarding van 25 november 2019 met producties;
- de conclusie van antwoord met producties;
- het vonnis van 22 juli 2020 waarin partijen is verzocht een keuze te maken voor het voortzetten van de procedure;
- de schriftelijke toelichting namens [de V.O.F.] ;
- de schriftelijke toelichting namens Logicx.
2.De feiten
Artikel 6 Kwaliteitseisen.
Wij kunnen u nu verheugd en met gepaste trots mededelen dat de Politie over het algemeen zeer tevreden is met de samenwerking met Logicx en dus ook met u, waarvoor onze dank. VTS Politie wil dan ook graag de bestaande overeenkomst met Logicx, onder gelijkluidende voorwaarden, met een jaar verlengen. Wij willen dan ook graag onze (goede) samenwerking met u, op dit gebied continueren en van de optie gebruik maken om het Addendum nogmaals met 1 jaar te verlengen tot 1 februari 2017.”
Toen we vroegen om een opgaaf van reden, werd ons gezegd dat Logicx die niet te horen had gekregen van de politie. Voor de opgaaf van reden moesten we ons melden bij de politie. Dat doen we dan ook middels dit schrijven.”
Alhoewel een directe contractuele relatie tussen [de V.O.F.] en de politie ontbreekt, kan redelijkerwijs niet ter discussie worden gesteld dat de onderhavige aanspraak haar oorsprong vindt in het nakomen van een overeenkomst tussen Logicx en de politie, waarbij [de V.O.F.] in opdracht van Logicx werkt.
De politie hecht gezien haar maatschappelijke positie sterk aan integriteit, waardoor hiervoor in het addendum met [de V.O.F.] een speciale alinea aan is gewijd, artikel 6 laatste alinea. Er mag geen enkele twijfel bestaan omtrent de integriteit van [de V.O.F.] . (…)
Enige nadere onderbouwing van de stelling dat sprake is van twijfel aan de integriteit van [de V.O.F.] is gevraagd. Uit op ambtsedig c.q. ambtsbelofte opgemaakte processen-verbaal van opsporingsambtenaren blijkt het redelijke vermoeden dat een personenauto betrokken was bij de handel in harddrugs. Die desbetreffende personenauto is op naam gesteld van de eigenaar dan wel een eigenaar van [de V.O.F.] . Derhalve is voor de politie sprake van integriteitstwijfel; vanwege de positie van politie in de maatschappij kan zij geen zaken doen met bedrijven waarbij reeds sprake is van de geringste twijfel aan integriteit.”
De beëindiging vond plaats op uitdrukkelijk aangeven van de politie aan Logicx, gebaseerd op politie informatie. In het gesprek is toegezegd dat de politie u, via uw gemachtigde, een brief zal sturen waarin wordt bevestigd dat politieonderzoek uiteindelijk niet heeft geleid tot strafrechtelijke verdenking tegen u. Met deze brief kom ik aan deze toezegging tegemoet.
3.Het geschil
4.De beoordeling
duur van het addendum
gezien de aard van de werkzaamheden”(…) Logicx alleen zaken kan doen “
met bedrijven waarvan geen enkele twijfel bestaat omtrent hun integriteit”. Daarmee zijn mogelijke consequenties voor het geval gedurende de duur van de overeenkomst twijfels rijzen over de integriteit van [de V.O.F.] of voor het geval de politie Logicx opdraagt om als gevolg daarvan te stoppen met de diensten van [de V.O.F.] voorzienbaar (bijvoorbeeld door middel van een eerder genoemde koppelbepaling of ontbindende voorwaarde). Nu Logicx daar geen contractuele voorziening voor heeft opgenomen, is het risico dat zich in deze heeft gematerialiseerd, voor rekening van Logicx. Bij dit oordeel weegt de rechtbank, zoals zij ook onder 4.9. heeft overwogen, mee dat niet is komen vast te staan dat [de V.O.F.] in voldoende mate heeft bijgedragen aan de bij de politie gerezen twijfels over haar integriteit.