ECLI:NL:RBDHA:2020:15515

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
24 februari 2020
Publicatiedatum
2 januari 2025
Zaaknummer
NL20.3120, NL20.3126, NL20.3128, NL20.3130 en NL20.3132
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van asielaanvragen op basis van interstatelijk vertrouwensbeginsel

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 24 februari 2020 uitspraak gedaan in een aantal zaken met betrekking tot de aanvragen van verzoekers om een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvragen niet in behandeling genomen, omdat Spanje verantwoordelijk is voor de behandeling van deze aanvragen op basis van het interstatelijk vertrouwensbeginsel. Verzoekers, bestaande uit minderjarigen en hun gemachtigde mr. E.A.A. Charry, hebben beroep ingesteld tegen deze besluiten en verzocht om een voorlopige voorziening.

De zitting vond plaats op 19 februari 2020, waar verzoekers aanwezig waren met hun gemachtigde en een tolk. De rechtbank heeft in een eerdere uitspraak, met zaaknummer NL20.3119, de beroepen in de bodemzaak ongegrond verklaard. Hierdoor was er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening, en heeft de voorzieningenrechter de verzoeken om voorlopige voorziening afgewezen.

De rechtbank heeft ook geoordeeld dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en bekendgemaakt op 24 februari 2020. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Rotterdam Bestuursrecht
zaaknummers: NL20.3120, NL20.3126, NL20.3128, NL20.3130 en NL20.3132

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaken tussen

[eiser 1]mede namens
de minderjarigen [eiser 2]en
[eiser 3],
[eiser 4],
[eiser 5],
[eiser 6],
[eiser 7],
hierna aangeduid als verzoekers
V-nummers: [V-nummer 1] , [V-nummer 2] , [V-nummer 3] , [V-nummer 4] , [V-nummer 5] ,
[V-nummer 6] , [V-nummer 7]
(gemachtigde: mr. E.A.A. Charry), en
de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. N. Mikolajczyk).

Procesverloop

Bij besluiten van 4 februari 2020 (de bestreden besluiten) heeft verweerder de aanvragen van verzoekers tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd niet in behandeling genomen op de grond dat Spanje verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoekers hebben tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Zij hebben verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Het onderzoek ter zitting heeft, tezamen met de behandeling van de zaken NL20.3119, NL20.3125, NL20.3127, NL20.3129 en NL20.3131, plaatsgevonden op 19 februari 2020. Verzoekers zijn verschenen, bijgestaan door hun gemachtigde. Als tolk is verschenen
A. Garabitian. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL20.3119, NL20.3125, NL20.3127, NL20.3129 en NL20.3131, heeft de rechtbank de beroepen in de bodemzaak waarover de verzoeken om voorlopige voorziening gaan ongegrond verklaard.
2. De voorzieningenrechter wijst daarom de verzoeken om voorlopige voorziening af. Omdat de rechtbank de beroepen ongegrond heeft verklaard, is namelijk geen voorlopige voorziening meer nodig.
3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst de verzoeken om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. M. van Nooijen, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. K.A. Linthout, griffier.
Deze uitspraak is in het openbaar gedaan en bekendgemaakt op:
24 februari 2020

Documentcode: DSR10724877

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.