In deze zaak heeft de kinderrechter op 15 mei 2020 uitspraak gedaan over de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren in 2009. De ondertoezichtstelling was eerder verlengd in verband met de coronamaatregelen en de zorgen over de emotionele en fysieke veiligheid van de minderjarige in de thuissituatie bij de vader. De kinderrechter heeft vastgesteld dat, ondanks de inzet van de ondertoezichtstelling, de noodzakelijke hulpverlening lang heeft uitgebleven en dat er onvoldoende zicht is op de situatie van de minderjarige. De gecertificeerde instelling, Stichting Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond, heeft een zorgplicht en moet voortvarend te werk gaan bij het inzetten van de noodzakelijke hulpverlening. De ouders zijn in een strijd verwikkeld die de ontwikkeling van de minderjarige negatief beïnvloedt. De kinderrechter heeft besloten de ondertoezichtstelling te verlengen van 20 mei 2020 tot 20 september 2020, met behoud van de gecertificeerde instelling. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de beschikking is mondeling gegeven in het openbaar.