ECLI:NL:RBDHA:2020:5126
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- D.A.J. Overdijk
- D.W.A. van Weert
- Rechtspraak.nl
Weigering WW-uitkering wegens termijnoverschrijding en vertrouwensbeginsel
Op 4 mei 2020 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak betreffende de aanvraag van een WW-uitkering door eiseres. Eiseres, die van 1 mei 2010 tot 1 april 2016 in de Verenigde Staten heeft gewerkt en daarna van 1 november 2016 tot 1 april 2018 bij Docler Holding S.A.R.L. in Amsterdam, heeft op 18 augustus 2019 een WW-uitkering aangevraagd. De aanvraag werd door het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) afgewezen, omdat eiseres niet voldeed aan de wekeneis en de termijn voor het indienen van de aanvraag niet verschoonbaar was. Eiseres stelde dat zij eerder contact had gehad met het Uwv en dat zij op basis van het vertrouwensbeginsel recht had op de uitkering.
De rechtbank overwoog dat eiseres niet aannemelijk had gemaakt dat zij eerder contact had gehad met het Uwv en dat er geen bewijs was voor de gestelde toezeggingen. De rechtbank concludeerde dat de termijnoverschrijding niet verschoonbaar was, ook niet vanwege de persoonlijke omstandigheden van eiseres, zoals haar beperkte beheersing van de Nederlandse taal en haar scheiding. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees de aanvraag voor een WW-uitkering af. Er werd geen proceskostenvergoeding toegekend.
De uitspraak is gedaan door mr. D.A.J. Overdijk, rechter, in aanwezigheid van mr. D.W.A. van Weert. De uitspraak zal later openbaar worden gemaakt, aangezien deze niet op een openbare zitting is uitgesproken vanwege coronamaatregelen.